De Binnenkamer van een Kruidenier. Oorspronkelijke schetsen en tafereelen naar het burgerlijke leven, uit de papieren van oudoom Jakob, uitgegeven door B.T. Lublink Weddik. Met platen. Te 's Gravenhage, bij M. Fuhri. 1852. In g. 8vo. 259 bl. f 3-50.
Een boek vol luim en ernst, dat den vóór- en tégenspoed schetst van brave lieden uit den middelstand, en later nog tot eene type zal kunnen dienen van een stand, die, helaas, meer en meer verdwijnt. De karakterschetsen zijn levendig en vol waarheid; zelfs die van de huismoeder, welke hier, misschien iets te veel, den hoogen toon voert en per fas et nefas haren wil doordrijft. Maar het is dikwerf zoo en niet anders. De tegenstelling der twee Predikanten is naar het leven geschilderd. In den jongsten, con amore behandeld, ziet men den waren Evangeliedienaar. Men krijgt hem lief, en in hem ook den Schrijver; want wij vermoeden dat deze (zonder het te willen) er veel van zich-zelven heeft ingevlochten; immers men zal niet zóó schrijven als men niet zóó gevoelt. - Eene ontleding van het verhaal zullen wij niet geven, omdat we ongaarne den indruk der lezing