een Minister; van wien het niet altoos kan gezegd worden, dat hij helder ziet.
Vermits de wijsheid door onzen kruidenier is opgedaan achter de toonbank, zou men vermoeden, dat bij den lezer verhaalt, wat hij daar ziet, opmerkt en naspoort; maar behalve in de Voorrede, worden wij niet weder naar de toonbank geleid, en wij vatten dáárom den zamenhang niet tusschen die toonbank en 's mans helderziende eigenschappen. Onze kruidenier is geen vriend van Recensenten, en hij spaart ze in zijnen humor niet. Arme Recensenten! het is wel der moeite waard, zoo gehavend te worden, om uwe homoïopathische belooning, en 't genot van rijp en groen te moeten lezen en soms nog herlezen! - Waarlijk, brave kruidenier! gij hadt ze gerust van uwen humor kunnen uitsluiten, even als de satura coronalis en het ziekmaken van zieken, dat weinig helderziendheid in de geneeskundige wetenschap en logica aanduidt. Mogt het eens gebeuren, dat onze kruidenier een Professor ware, als in het geval waarvan hij spreekt, dan zou in die ontdekking voor de Regering een motief kunnen liggen om hem maar te pensioneren. Niet dat Ref. deze schetsen en portretten zoo slecht vindt; integendeel, ze zijn voor een kruidenier zeer verdienstelijk, maar voor een Professor zouden ze wat al te mager zijn.
Het werk bevat vele, waarlijk geestige en naïve opmerkingen; maar ook vele anderen, die naar den kruidenierswinkel rieken. Men hoore: ‘Wat is een historisch regt? Eene hersenschim, waarmede men domkoppen bij den neus leidt.’ - ‘Vóór eene eeuw bestierf het roer van den Staat meestal in de hand des grijsaards, die het als man had opgevat; thans verliezen de Ministers hunne portefeuilles, alvorens zij den tijd hebben te onderzoeken wat er in is.’ - ‘Hij overweegt en overweegt...en kiest eindelijk den naam van boudewij; want meer dan iets anders lokt hem het Charlatanisme, dat aan dien naam ten eeuwigen dage bij ons zal verbonden blijven.’ - De mortuis nil, nisi bene. De humor moet welvoegelijk en edelmoedig blijven, en daarom is dit laatste gezegde kruidenierachtig. Boudewijn kende