kringen, die het geluk van hare dochters afhankelijk acht van uitwendige schoonheid, ontvangt hier in Mevrouw elliot eene heusche maar ernstige waarschuwing. Wij kunnen ons naauwelijks weêrhouden eenige proeven uit het verhaal af te schrijven maar ontzeggen ons dit genoegen, wijl 't dat der lezers zou kunnen verminderen. Het is toch vooral de verrassende nieuwheid, die bij 't lezen van romans de belangstelling gaande houdt. - Huiveringwekkende tooneelen vindt men hier niet, maar natuurlijke, hoogst eenvoudige ontwikkeling der karakters boeit de aandacht en doet de deelneming steeds klimmen. Men leert als door aanschouwing inzien, hoe de wereldzin bedriegt, hoe de nederigheid van hart over leed en lijden doet zegevieren, en hoe een kinderlijk vertrouwen op God het onfeilbaar middel is tot bereiking van wezenlijk en bestendig geluk. De stijl van het verhaal is zóó, als zich die van eene zoo begaafde en gevoelige vrouw laat verwachten: bevallig, aangenaam, vol gloed en leven.
Wij gelooven dat deze roman, ook zonder opzettelijke aanprijzing, door velen zal worden gelezen, en dat zij die gewoon zijn over het gelezene ook na te denken, aan het einde de belangrijke vraag niet zullen kunnen onderdrukken: ‘Wat staat mij te doen, om gelukkig te leven?’