De echo der laatste woorden van Koning willem II; door G. Buys, Az.
‘Ik gevoel mij de krachten ontzinken.’
Te Rotterdam, bij Mensing en van Westreenen. 1849.
In gr. 8vo. VIII en 52 bl. f :-60.
Het spoedig afsterven van den beminden Koning willem II heeft menige pen in beweging gebragt, zoo als het menig gemoed trof. De Schrijver heeft des Vorsten laatste woorden opgevangen en geeft er een statigen weerklank op, als nagalm van menschelijke broosheid, vergankelijkheid en nietigheid. Hij verkondigt ze aan alle rangen en standen, aan jongelingen en grijsaards, aan gunstelingen der fortuin en kinderen des onspoeds. De greep is niet ongelukkig: de nietigheid van den mensch verkondigd door een Vorst, die als van den troon in het graf stapt, maakt sterker indruk, dan wanneer ze ons toeklinkt van een sterfbed in de woning der armoede. De Schrijver heeft een ernstig gemoedelijken toon aangeslagen, en, ofschoon eenigzins lang, de nagalm is allezins waardig opgevangen en in de harten bewaard te worden.