werden of sneuvelden; Nederlands wapenroem klonk door Europa over eene zoo heldhaftige verdediging. En laat ons waarlijk niets veronachtzamen van onzen roem; wij hebben de herinnering daarvan waarlijk wel noodig!
Om het boek te kunnen verstaan, moet men ingewijd zijn in de technische termen van het militaire wezen. En uit dien hoofde heeft deze belegsbeschrijving dit met alle soortgelijke (tenzij doodoppervlakkige courantenberigten) gemeen, dat het groote publiek er niet veel aan heeft. Er is evenwel nog al veel in het boek, dat hiervan moet uitgezonderd worden, en belangrijke bijdragen bevat voor de kennis van dit gedeelte der geschiedenis van de scheiding der beide deelen van het voormalige Koningrijk der Nederlanden; maar het hors de saison, het dure van zulk een boek ook door de afbeeldingen, en het militaire van eene menigte bladzijden zal, denken wij, geen voordeel doen aan het debiet.
De platen stellen voor: het praalgraf van de gumoëns; den van speyks-toren; gedenkpenningen (2 platen); voorts eene kaart, met aanwijzing van de positie der Fransche en Belgische legers in December 1832, welke ten aanzien van de ligging der verwijderde plaatsen nog al wat te wenschen overlaat, en eindelijk een plan der belegering zelve.
Met den stijl is in zulke soort-van schriften weinig eer te behalen: de aard van het onderwerp en de tallooze onduitsche kunsttermen verhinderen den zuiveren stijl der geschiedenis; esplanades, glacis, contre-garde, face, en wat dies meer zij. Zooveel het kan, is de voordragt duidelijk en eenvoudig.
Het verkeerd spellen van eenige namen, gelijk Rammeliers (Rammekens), Yrsche (Yerseke), getuigt van onachtzame correctie, en arcem voor arcis op den derden gedenkpenning van slordige gravure.