Bijdragen tot de Geschiedenis der Mikroskopen in ons Vaderland, door P. Harting. Te Utrecht, bij van Paddenburg en Comp. 1846. In gr. 8vo. 70 bl. f :-60.
Dit stukje, de zakelijke inhoud eener door den Hoogleeraar in het Natuurkundig Gezelschap te Utrecht gehoudene Voorlezing, wordt in het licht gezonden als voorlooper van eene meer uitvoerige algemeene geschiedenis der mikroskopische ontdekkingen. De kundige, bescheidene opsteller wil, zoo door deze voorloopige uitgave, als door eene korte inhoudsopgave van het uitgebreide opstel, anderen uitnoodigen, om hem mogelijke leemten aan te wijzen. Daarom kondigen wij het aan; voor ons zelven kunnen wij den Hoogleeraar, die waarlijk zijn onderwerp van alle zijden bezien heeft, en, zoover wij kunnen nagaan, met alles, wat er betrekking toe heeft, bekend is, met geene mededeelingen dienen. Wij hopen, dat hij zijn voornemen zal ten uitvoer brengen, en alzoo ook de buitenslands meestendeels onbekende verdiensten van Nederlandsche geleerden en ontdekkers aan de wetenschappelijke wereld bekend maken.