Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1846

Ongalante galanterie.

Alice, een maagd alreeds op jaren,

Viel, als Actrice, op 't schouwtooneel,

Een bijster jonge rol ten deel,

En wist het taamlijk wel te klaren.

‘Gij hebt ons inderdaad verrukt,’

Sprak een der meest galante Heeren. -

‘Ach neen, mijn pogen is mislukt!

Hoe ook uw lof mij moog' vereeren,’

Hernam zij, ‘'k weet maar al te wel,

Die rol eischt jeugd en schoonheid beide.’ -

‘Het tegendeel bewees uw spel,

Mejufvrouw, van 't geen gij daar zeide.’