Geestelijk Proces tusschen B. Moorrees, Predikant te Wijk bij Heusden, en N. Bouman, Lid van deszelfs Gemeente, benevens het daarop gewezene vonnis. Gedrukt voor rekening van den Schrijver. 1845. In gr. 8vo. 40 bl. f :-40.
Wie den Tijdspiegel leest, herinnert zich den twist, die er gerezen is tusschen Ds. moorrees en den eerzamen grntter, aldaar woonachtig, n. bouman. Laatstgenoemde schijnt een bij uitstek lastig en twistziek mensch te zijn, die, eens begonnen zijnde, volhoudt. En het gedrag van den aangevochten Predikant en zijnen Kerkeraad tegenover hem is van voorbarigheid en overijling niet vrij te pleiten. In dit geschrift blaast de grutter triomf. Hij heeft, zegt hij, zulk een' held, als moorrees, nedergeveld. En gelijk david weleer het afgehouwen hoofd van den reus aan Israël vertoonde, zoo roept de dappere strijder uit het land van Heusden aan het Christenvolk van Nederland toe:
Verblijdt u, Christen-volk! en wilt het hoofd aanschouwen
Van eenen b. moorrees, die mist het waar vertrouwen.
Daar hij ligt neêrgeveld, kunt gij gerust verschijnen enz.
Maar wat is er dan toch eigenlijk gebeurd, vraagt gij, dat de man zoo koning kraait? Bouman was gecensureerd door den Kerkeraad. Hij beklaagde zich daarover bij het Klassikaal Bestuur van Heusden. En dat bestuur, de zaak onderzocht hebbende, reformeerde de handeling des Kerkeraads, het overigens aan denzelven overlatende, om naar bevind van zaken verder te handelen. Meer schijnt er niet gebeurd te zijn.
Naar de voorrede moeten er nog vijf à zes boekjes van dien grutter in het licht verschijnen. Wij meenen onze lezers dienst te doen, wanneer wij daarvan in het vervolg geene melding meer maken, al worden zij ons ook toegezonden. En voorts troosten wij ons, bij de twisten te Wijk, met de gedachte, dat de twee kampvechters aan elkander gewaagd zijn.
Nog iets. Het motto van dit geschrift luidt aldus: qui bene distinguet, bene docet. Het had moeten zijn: ne, sutor, ultra crepidam, d.i. grutter! blijf in uw' winkel.