Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1845(1845)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Aan mijne minnares. Hoe kondt ge mij een' wuften vlinder noemen, Lief meisje? In één ding slechts (ik wil het niet verbloemen) Slacht ik 't insekt en gij de slanke kaars, vriendin! Uw glans heeft iets noodlottigs in Voor die van te nabij het wagen u te omringen. 'k Vloog om u heen in altijd enger kringen, En heb mijn stoutheid zwaar geboet, Want, tuimlend zonk ik in den gloed. Vorige Volgende