te Goes sterft, treft men hier aan, als verklarende die geschiedenis de aanleidende oorzaak der behoeftige omstandigheden, waarin deszelfs nagelatene weduwe verkeerde, en hoe zij, daarin ondersteund door de vrouw van Noordwijk, een instituut voor jonge meisjes oprigtte, dat de bron werd van een zeer aanzienlijk vermogen. Doch tegen dit alles is eene ernstige bedenking te maken; zij is deze: heeft de Schrijfster met het zoo omstandig verhaal van het leven van den Predikant de marisy ook nog iets anders op het oog gehad, dan aan te toonen, dat het vertrouwen op God niet beschaamd wordt? Uit het voorbeeld der weduwe laat die les zich gemakkelijk verklaren; haar voorspoed na zwaren druk levert daartoe ruime stof op. Maar zullen zij, die afkeerig zijn van het overgaan tot andere geloofsbelijdenis, bepaaldelijk van het eene Christelijke kerkgenootschap tot het andere, niet in de levensomstandigheden van den Predikant de marisy, in de rampspoeden vooral, die hem in zijn huwelijk treffen, en in zijne kortstondige ambtsbediening, ten gevolge van eenen vroegtijdigen dood, veeleer eene afkeuring van het Opperwezen, van den Heer over leven en dood vinden, om daarna zijne gemoedelijke gedragslijn te berispen? De armoedige toestand der weduwe was toch niet het gevolg van persoonlijke geloofsbegrippen, maar van een' algemeenen hoogst onstaatkundigen maatregel, om de goederen der Protestanten in Frankrijk in beslag te nemen, en moet dus niet gelijk gesteld worden met de berooving van het vermogen van den Predikant, als gevolg van zijne verzaking der Roomsche kerkleer; welke berooving door den wil der ouders werd tot stand gebragt, en waarvan de intrekking afhankelijk was gesteld van de onderwerping van het kind aan het verlangen zijner ouders. - Voor ons, die weten, dat de Heer niet antwoordt van Zijne daden; voor wie de tegenspoed des levens beproeving is; voor wie smartgevoel
dikwerf de toegezonden beker is tot verbetering van ons zelven, ons door hoogere hand toegereikt: voor ons, die in het ondergaan van rampspoeden geene verwerping of veroordeeling zien, maar die wenschen te zwijgen en te berusten in den altijd wijzen wil onzes Hemelschen Vaders; voor ons is die boven aangeroerde bedenking van minder gewigt, en toch hadden wij wel gewenscht, dat men die niet zou hebben kunnen opwerpen. Wie echter in eenvoudigheid des harten dit boeksken leest, en het goede, waar het van overvloeit, in zijn hart weglegt, zal er vollen vrede mede hebben.
Een net bewerkt titelblad, voorstellende de beeldtenis van de moeder des Predikants de marisy, versiert het zindelijk gedrukte werkje, waarvan wij gaarne den Uitgever een ruim debiet toewenschen.
Auteursrechtvrij