Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1845
(1845)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 73]
| |
‘De leerrijke en belangrijke geschiedenis van den Ierschen emancipatie-strijd is onafscheidbaar zamengevlochten met het leven van éénen man; zij is onverklaarbaar, onbelangrijk, onbestaanbaar zonder de geschiedenis van dien éénen man: daniel o'connell!’ Ziet daar, wat vooral moet in het oog gehouden worden, als men het boek, 't geen wij hierbij aankondigen, met vrucht en genoegen lezen zal. Immers de Schrijver zelf uitte die woorden; en de hooge ingenomenheid met dien éénen man straalt zoo overal door in dit werk, dat wie of daar niet mede instemt, of niet den invloed van dien éénen man op het toekomstig lot van Ierland kan of wil erkennen, het boek onvoldaan zal ter zijde leggen. Neen; ook dan zelfs niet, wanneer men de zaken uit een ander standpunt, dan waarop de Schrijver stond, beschouwt, zal men dit boek ter zijde leggen; maar men zal veeleer tot de overtuiging komen, dat het doel, 't welk hij beoogde, edel en groot was, en dat werkelijk zwaarwigtige drangredenen hem noopten de middelen te beramen en te werk te stellen, om de bevrijding van Ierland te kunnen verwerven. Verre van ons, dat wij met den Schrijver overal instemmen in den lof en in de wenschen, door hem aangewezen, die daniel o'connell zouden hebben bewogen om zich aan het hoofd der Iersche Agitatoren te stellen; doch wij moeten erkennen, dat de Schrijver eene gewigtige bijdrage geleverd heeft tot de Iersche geschiedenis, en niets heeft verzuimd om den Afgod van Ierland in het schoonste licht te plaatsen. Daargelaten die vooringenomenheid, dan vindt men hier vele wetenswaardige bijzonderheden zoo uit het leven van o'connell zelven, als die betrekking hebben tot de opkomst en den toenemenden omvang dier onverpligte geldopbrengst, waarmede o'connell in staat werd gesteld zooveel te kunnen ondernemen. Men treft dan hier, onder meer, aan, èn vele familiebijzonderheden aangaande den grooten man, zoo men hem noemt, èn, wat meer zegt, vrij naauwkeurige berigten omtrent den regtstoestand van Ierland. Ten besluite zegt de Schrijver: ‘Een volksleider behoorde zijn stelsel altijd zoodanig in te rigten, dat hij zelf daaruit gemist kon worden. Wat o'connell betreft, het is misschien zijne grootste verdienste, dat hij de staatkundige vorming van zijn volk in buitengewoon korten tijd aanmerkelijk verhoogd, en deszelfs rijpheid voor het genot van staatkun- | |
[pagina 74]
| |
dige regten wel eene eeuw bespoedigd heeft.’ - Hij laat daarop volgen het oordeel van gutzkow en van pückler muskau over den Volksleider. Wij wenschen dat de welgeslaagde vertaling van dit lezenswaardig boek in veler handen moge komen, en de weldenkenden in den lande zal opmerkzaam maken op het gevaar, dat er voor eenen Staat in gelegen is, om ingewortelde gebreken in het staatsbestuur en krenkingen van regt te laten bestaan, uit overgedreven bezorgdheid om verbeteringen te durven aanbrengen. Immers, wanneer met vaste hand en ter geschikte ure de Regering hare belangstelling in Ierland met daden betoond, verligting van druk en noodige hervormingen zelve aangebragt hadde, dan ware geen volksleider opgestaan om aan de Regering de wet te komen voorschrijven, en het volk zou gelukkig zijn geworden zonder Agitatoren. |
|