Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1843
(1843)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijOver den bloedsomloop bij de menschelijke vrucht. Naar de tweede Fransche uitgaaf van G.J. Martin-Saint-ange, Ridder, Doctor bij de Geneesk. Faculteit te Parijs, enz. Te Woerden, bij C.J. van Leeuwen, Lz. In 4to. VIII en 15 bl. f 2 - :Dit boeksken schijnt eene verkorting of een uittreksel van den tweeden druk van een in het jaar 1832 voor het eerst uitgekomen werk van bovengenoemden Schrijver te zijn: Circulation du sang considérée chez le foetus de l'homme et comparativement dans les quatre classes des vertebrés. Paris 1832, fol. Hij noemt het zelf in zijne voorrede een kort begrip, een gedeelte der nasporingen in het werk gesteld bij gelegenheid van het uitschrijven eener prijsvraag over den bloedsomloop bij de gewervelde dieren. De Vertaler zegt in het voorberigt, dat hij door de vertaling zijne kunstgenooten eene dienst te bewijzen hoopt. Er bestaat behoefte aan een geschrift over dit belangrijk onderwerp in onze taal. De Vertaler gevoelde deze vroeger; hij wil er nu voor anderen in voorzien. Ook hiervan gewaagde de Schrijver in de voorrede. Er is sedert voor een groot gedeelte in deze behoefte voorzien door het Handboek der | |
[pagina 17]
| |
ziektekundige Ontleedkunde van den Hoogl. w. vrolik, welks eerste gedeelte of afdeeling als eene geschiedenis van de regelmatige ontwikkeling der vrucht te beschouwen is; terwijl de Schrijver bl. 186-191 den bloedsomloop der vrucht beschrijft, zoo als die zich in en na de vierde maand der zwangerheid vertoont. Daar dit gedeelte echter geen afzonderlijk geheel maakt, zal het voor velen niet toegankelijk wezen. De Heer martin begint zijne beschouwing reeds vroeger, en heeft getracht door afbeeldingen den omloop des bloeds duidelijk te maken. Wij moeten van deze afbeeldingen zeggen, dat zij niet veel opheldering geven; zij zijn te klein en sommige daarbij nog met cijfers en letters als overladen. Die nooit het hart eener vrucht ontleed heeft, zal uit fig. 14 zich moeijelijk een juist denkbeeld van de inwendige gesteldheid van het hart kunnen vormen. Fig. 15 wordt door de menigte van cijfers als overschaduwd; en waartoe hier zulk eene uitbreiding tot in de kleinste bijzonderheden? In fig. 12 zijn de letters onduidelijk of verkeerd gesteld; wij erkennen anders gaarne de moeite, aan deze plaat te koste gelegd; veel meer nut zou men echter van dezelve kunnen trekken, indien de aanwijzingen afzonderlijk waren opgegeven en niet in den tekst ingelascht, zoo als dit nu is, waardoor het opzoeken moeijelijk valt, te meer omdat de plaat niet uitslaande is. Regt duidelijk komt ons de beschrijving van den omloop ook niet voor, onder anderen aan het einde van No. III, bl. 11. Wij stellen ons steeds iemand voor, die grootendeels zichzelven tracht te oefenen. In eenige punten van geschil, b.v. van welke oorzaak de meerdere ontwikkeling van het bovenste gedeelte der vrucht afhangt, treden wij niet, ofschoon het verschil niet zoo groot is, als dit wel schijnt, althans van het standpunt, waarvan het hier beschouwd wordt. Over het algemeen valt het moeijelijk, over dergelijke nog al ingewikkelde onderwerpen beknopt en toch duidelijk te schrijven;Ga naar voetnoot(*) nog moeijelijker, zulke geschriften te vertolken en daarbij de oorspronkelijke denkbeelden juist over te brengen. |
|