Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1842

Satyrisch woordenboek.

Het Parijsche blad le Charivari behelst eene satyre, welke het een Woordenboek ten gebruike van den tegenwoordigen tijd noemt; zie hier daarvan eenige artikelen als proeve: Geweten. Een oud woord, dat in onbruik geraakt is, en welks beteekenis zich ganschelijk verloren heeft. - Moed. De daad van een onverschrokken man, die eenen goeden post en eene rijke bezoldiging versmaadt. Versmaadt men te gelijker tijd verscheidene goede posten en verscheidene rijke bezoldigingen, dan bezit men eenen uitstekenden moed. -

[p. 421]

Meening. Synoniem voor hemd. Men kan zonder onderscheid zeggen: van meening verwisselen als van hemd, of van hemd verwisselen als van meening. - Grondbeginsel. Eene soort van draagbare waar, van welke men zich naar welgevallen moet weten te ontdoen. Het beste grondbeginsel is, er in het geheel geen te hebben. - Getrouwheid. Een verouderd woord, bijna buiten gebruik, en thans nog slechts toepasselijk op poedelhonden. - Eeuwig. Dit bijvoegelijk naamwoord wordt somwijlen van trouw gebezigd; in dit geval beteekent het nu eens eenige uren, dan weder eenige minuten. - Eed. Dit woord wordt alleen in het meervoud gebezigd, op dezelfde wijs als petits pâtés; gewoonlijk geeft men, bij het dozijn, den dertienden eed op den koop toe. Een en dezelfde man kan eed doen aan eenen oppermagtigen Vorst, eene een en ondeelbare Republiek, een Directoire, een' eersten Consul, een' Keizer, twee Koningen van den ouderen tak, eenen Koning van den jongeren tak, aan God, enz.