Caledonia, Verhalen en Overleveringen. Naar het Engelsch van J. Wilson. IIde Deel. Te Groningen, bij W. van Boekeren. 1841. In gr. 8vo. 336 bl. f 3 - :
Rec. heeft bij de uitgave van het eerste Deel een gunstig verslag gegeven van de Verhalen en Overleveringen, ons door wilson medegedeeld. Datzelfde gunstige oordeel mag hij ook over dit tweede Deel uitspreken. Ook hier leeren wij den Engelschen Schrijver kennen als een' aangenamen, bevalligen verhaler, dikwijls vrolijk en luimig, maar ook meermalen gevoelig en treffend. De tooneelen, waarop hij den lezer verplaatst, zijn ook hier aan de grenzen van Schotland ontleend; de personen, die hij opvoert, karakteristiek en fiksch geteekend; de verhalen zelve meermalen uit de geschiedenis van het land getrokken, of althans geheel in den geest van deszelfs bewoners. Tot een paar van deze verhalen, de Koninklijke Bruiloft en Willie de potsenmaker, leverde de avontuurlijke geest der Koningen jacobus IV en jacobus V van Schotland de stoffe op, die beide van tijd tot tijd in allerlei vermommingen het land doortrokken en avonturen zochten. De geschiedenis des lands gaf aanleiding tot de verhalen: de Overrompeling van Fastcastle, de Pleegzoon, een Vrouw of de galg; terwijl de overige stukken, Lotwisselingen, eene Legende van Holyroodhouse, Willie Wastle's getuigenis aangaande zijne vrouw, en de Nieuwjaarsgast ons verplaatsen in de zeden en gewoonten, in het leven en werken der Schotten. Rec. heeft al de verhalen met genoegen gelezen; zij hebben datzelfde eigenaardige, wat ook de stukken van het eerste Deel bezitten, en zullen zeker met graagte door het lezende publiek ontvangen worden.