Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1842
(1842)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 212]
| |
Hoogduitsch, door W.I. Immink, Stads-Doctor te Alkmaar. Te Amsterdam, bij J.M.E. Meijer. 1841. In gr. 8vo. VIII en 87 bl. f 1 - :Dr. immink aanvaardde de vertaling van dit werkje, omdat een ander daarin verhinderd werd. Uit ondervinding kan de Vertaler niets zeggen, noch ter aanbeveling noch ter afkeuring van de door Dr. palmedo bekend gemaakte waarnemingen, dat de inademing van het oleum animale foetidum de longtering genezen zal. De korte Voorrede van eerstgenoemden doet echter eenen goeden dunk opvatten van zijne wetenschappelijke wijze van zien; en dat zich hem nog geen geval van phthisis pulmonalis heeft voorgedaan, hetwelk hij volgens de in het werk aangeprezene geneeswijze behoorlijk zou hebben kunnen of bij voorkeur zou hebben willen behandelen, onderscheidt hem van anderen, die al ligtelijk zulk eene gelegenheid zouden te baat nemen, om er naam mede te maken en er voordeel mede te doen. - Zulk eene wijze van zien en handelen draagt echter op den duur betere vruchten dan hij bejaagt, die op eene tegenovergestelde wijze werkzaam is ten nadeele der kunst en meestal ook voor zichzelven. De bedoeling van Dr. palmedo, met zijne waarnemingen ter behartiging en beproeving over te leggen, kan, wat er ook van zijn moge, nuttig worden ter bestrijding van eene ziekte, welke, wij zeggen dit met den Vertaler, ook ons maar al te dikwijls met weemoed vervulde en nog dagelijks blijft vervullen. De Schrijver moge van de juistheid zijner ervaring overtuigd wezen, - het worde ons niet ten kwade geduid, dat dezelve door ons in zoo verre in twijfel getrokken wordt, als wij er geen algemeen gunstig denkbeeld van kunnen voeden. Dr. palmedo kreeg aanleiding tot het nemen zijner proeven door die van Dr. ramadge in zijn met zoo grooten ophef aangekondigde werk: de Longtering kan genezen worden,Ga naar voetnoot(*) waarover ook in ons land, in sommige | |
[pagina 213]
| |
nieuwspapieren, de trompet gestoken werd, zoodat Arlequin slechts aan de volledige komedie scheen te ontbreken. Het verwondert Dr. palmedo, dat de mededeelingen van ramadge niet alleen op het vaste land, maar zelfs op de Britsche eilanden, zoo al in geene volstrekte vergetelheid zijn geraakt, dan toch op eene zekere onverdiende wijze verwaarloosd worden. Dit is doorgaans het lot van aankondigingen, welke den toets der ondervinding zoo slecht kunnen doorstaan. Wij voor ons meenen wel onderrigt te zijn, dat de handelingen van Dr. ramadge omtrent dit geheele onderwerp niet zijn geweest zoo als zij behoorden te zijn, en alzoo geenerlei gegrond vertrouwen konden inboezemen. De geneeswijze van Dr. ramadge, hoe onvoldoende over het algemeen, had toch de aandacht van Dr. palmedo opgewekt. Wij kunnen echter niet nalaten te zeggen, dat wij met hem niet denken, dat de geneeswijze van ramadge over het geheel juist is. Zal eene geneeswijze juist zijn, dan moet zij niet, als bij uitzondering, door de natuur begunstigd en door de kunst bewerkt worden. Of liever, men gaat te verre, wanneer men op enkele zeldzame gevallen dadelijk eene algemeene geneeskundige theorie bouwt, en daaruit gevolgen en uitkomsten afleidt, zonder door eene rijpe en ruime ondervinding gerugsteund te zijn. Dit is de empeiria rationalis niet, waarvan Dr. immink in zijne Voorrede spreekt. Ondanks den goeden dunk, welken Dr. palmedo van de geneeswijze van Dr. ramadge koestert, komt hij er als van zelf toe, het ontoereikende der aangeprezene hulpmiddelen, waarin toch eigenlijk de kracht der geneeswijze moet liggen, aan te wijzen. Daarenboven, en dit zal wel het grootste struikelblok blijven voor de genezing der tering, zoo wel van die, welke van de longen uitgaat, als die in de luchtpijp en het strottenhoofd zetelt, dat eene plaatselijke geneeswijze, - daar wil men toch heen - die dadelijk op de inwendige oppervlakte der long zal werken, welke de daartoe gebe- | |
[pagina 214]
| |
zigde middelen mogen zijn, met een nimmer rustend werktuig in aanraking moet komen. Hoe op de zich steeds uitzettende en weder zamentrekkende longeellen eene dunne vetlaag (bl. 71) kan vasthechten, verklaren wij niet te kunnen bevatten. Rec. moet echter tot zijne verontschuldiging zeggen, dat hij met de geneeskunde ook de ontleed- en natuurkunde beoefent. En Dr. palmedo verbergt ook op onderscheidene plaatsen de moeijelijkheden niet, welke de genezing der longtering in den weg staan. Er zijn doorgaans maar al te vele, ondanks alle aangeprezene middelen, de heilzame Gomma zelfs niet uitgezonderd! Het middel, door Dr. palmedo als hoogst belangrijk ter bestrijding van de longtering beschouwd, is het oleum animale foetidum; en dit middel vermag de longtering daardoor te genezen, dat het eenen asthmatischen toestand voortbrengt, die eene gunstige verandering in de ziekelijke gesteldheid der longen ten gevolge heeft. Wij zouden echter Dr. palmedo in bedenking geven, of de blaarachtige uitslag, door hem na de aanwending van het oleum animale foetidum waargenomen, wel inderdaad van zoo weinig belang voor den gang der ziekte was, als hij dit doet voorkomen. Doch wij kunnen in alle deze bijzonderheden niet treden in een Tijdschrift, hetwelk niet bij uitsluiting aan de Geneeskunde toegewijd is. Ook om deze reden hebben wij ons verpligt gevoeld, een waarschuwend woord te zeggen, zoo wel voor zulke Geneeskundigen, die al te vaardig, ook met een goed doel, aan zulke middelen dadelijk en onvoorwaardelijk geloof slaan, als voor hen, die door Courantengerucht, als in der tijd de geneeswijze van ramadge gemaakt heeft, zich en andere ongelukkige lijders laten verbijsteren. Ondanks deze waarschuwing verdient dit geschrift van Dr. palmedo evenwel meer dan gewone aandacht. Hij doet zich over 't geheel als wetenschappelijk Arts voor. Vele redeneringen getuigen van behoorlijke ziektekennis; maar het schijnt hem aan ontleedkundige nasporingen te haperen; en die in het ontleedkundige dezer | |
[pagina 215]
| |
ziekte niet te huis is, vervalt, tegen zijne bedoeling, tot verkeerde redeneringen en gevolgtrekkingen. Op bl. 35 is verwijdering in plaats van verwijding blijven staan; ter onderscheiding vergelijke men bl. 83. Uitdrukkingen als: de lagere sferen der vegetatie ten koste der hoogere woekeren hadden wij gaarne door den Vertaler verbeterd gezien; desgelijks liever gelezen longzelfstandigheid dan massa. Aanvoeren voor aanhalen enz. verraden steeds het gemis van een' behoorlijken voorraad van woorden in onze taal, die toch waarlijk niet arm is. |
|