Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1840

Wellington op Ehrenbreitstein.

Toen vóór eenigen tijd de Hertog van wellington de Rhijn-vesting Ehrenbreitstein in gezelschap van den Chef

[p. 572]

van het Pruissische vestingwezen, Luitenant-Generaal aster, die deze en meer andere groote vestingwerken aangelegd heeft, bezigtigde, nam hij alles naauwkeurig op, maar uitte daarbij geen woord. Eindelijk, nadat de bezigtiging ten einde was, keerde hij zich tot den aanlegger, die hem rondgeleid had, en zeide: ‘Weet gij, wat ik u raden zou te doen, wanneer gij hier immer belegerd wierdt? Noodig den vijandelijken aanvoerder herwaarts, toon hem alles, gelijk gij het mij daar zoo even getoond hebt, en wacht daarna gerust af, of hij nog lust hebben zal, het beleg voort te zetten.’