de wijze der beroeping, van het getal zielen en lidmaten, (welke beide kolommen echter niet overal zijn ingevuld; de Waalsche Gemeenten b.v. of in 't geheel niet, of bij de Nederduitsche Hervormden; de lidmaten bij de kleinere Protestantsche Kerkgenootschappen genoegzaam nergens; ook bij de Hervormden de zielen niet overal, b.v. te Dedemsvaart) het getal Predikanten; het tractement uit 's Rijks kas, (de gemeente-toelagen ‘kunnen nog met geene genoegzame zekerheid worden opgegeven,’ waardoor men aan deze kolom niet zeer veel heeft) eindelijk aanwijzing van Provincie, Klassis en Ring der onderscheidene Gemeenten; bijzonderheden, de O. en W.I. kerken betreffende, de eerste naar opgaven van Dr. lenting, vinden achteraan eene plaats.
Het boekje vervult wel niet geheel de behoefte aan eene ‘Nederlandsche Kerkelijke Geographie,’ maar is een bruikbaar en nuttig geschrift.