Acté. Door Alexander Dumas. Uit het Fransch. Te Deventer, bij M. Ballot. 1839. In gr. 8vo. 310 bl. f 3-:
A. dumas is in de nieuwste Fransche letterkunde genoegzaam bekend. Hij heeft tooneelstukken geschreven, wier zedeloosheid en afzigtelijkheid voor die van geen' anderen behoeven onder te doen. Hij heeft reisverhalen opgesteld, die door losheid, bevalligheid, geestigheid en onderhoudendheid den lezer wegslepen, ja meesterlijk mogen genoemd worden. Hier treedt hij op als romanschrijver, en verplaatst ons in de tijden van nero, wiens leven en dood hier wordt behandeld. Er is in dit boek veel goeds. De eerste tooneelen in Corinthe, die met agrippina, de strijd met wilde dieren, zijn goed gelukt en geteekend. Maar dumas heeft zich gewaagd aan de teekening van de eerste Christenen, van paulus, en dat is hem mislukt. Men leze eens bl. 171-181; is dat eene voorstelling van paulus, gelijk zij geoorloofd en betamelijk is? Ergert men zich niet aan de ligtzinnigheid van den Franschman, die aldus het bijbelsche verhaal aanvult, en paulus het: kruis hem! kruis hem! in Jeruzalem laat schreeuwen, toen de Heer veroordeeld werd? enz. Ook de liefde van acté voor den gruwelijken nero, en haar volharden daarbij, na haren overgang tot het Christendom, is eene van die zeer gewone kunstjes der nieuwere Fransche Schrijvers, die ook de schandelijkste, dolzinnigste en misdadigste liefde bij de vrouw tot eene deugd maken, ja daarin eigenlijk alle deugd der vrouw doen bestaan, en ook de ergste misdaden daardoor als meenen te heiligen. Zoo is het nu wel bij acté niet; maar men kan haar toch eigenlijk niet achten, vooral niet omdat dumas verkozen heeft haar Christin te doen worden. Rec. kan daarom niet instemmen met den lof, door den Vertaler aan dit boek gegeven,
ofschoon hij erkent, dat het onderhoudend is geschreven. Van tijd tot tijd vindt men Gallicismen in de vertaling, b.v. toen was alles gezegd, (tout était dit) in plaats van: het was gedaan, enz.