de school; zij dragen zorg, alle nieuwere denkbeelden, of die ook slechts naar voortgang zweemen, daaruit te verbannen. De jonge Geneesheeren leeren hunne kunst in het huis hunner ouders, of in bijzondere scholen, en van daar gaan zij op het geneeskundig collegie over, waar zij hun examen afleggen, en het voorregt erlangen, om de praktijk te oefenen.
De Chinesche Doctors vaccineren zelden, en tappen hunnen zieken nimmer bloed af. De voornaamste middelen, welke zij aanwenden, zijn minerale wateren, diëet, beweging, en het masseren of wrijven en kneden der ledematen. De ziekten, welke men in China het meest ontmoet, zijn verkouding, aanhoudende koortsen, tering, galziekten en buikloop. Zij zijn zeer onderworpen aan pijn in den onderbuik of in de beenderen der beenen, het gevolg van hun losbandig leven en van de veelwijverij. Hunne Doctoren hechten zeer veel gewigt aan het onderzoek van den pols, dien zij met den voorsten, den middelsten en den derden vinger ter wederzijden bevoelen. Zij beweren, den staat van de lever te kunnen beoordeelen, door den pols van den linker arm met den wijsvinger aan te raken; dien van het hart, door hetzelfde te doen met den middelvinger, en dien der nieren met den vierden. De ziekten der long herkennen zij, wanneer zij den pols van den regter arm met den middelvinger betasten; zij dienen purgeermiddelen, verkoelende, prikkelende of diaphoretische middelen toe, naarmate de pols langzaam of rad, zwak of sterk slaat. Zij laten zich almede leiden door de gewone gesteldheid van den zieke, door den toestand, waarin zij deszelfs maag bevinden, en door den aard der uitwerpselen; maar hunne meeste indicatiën nemen zij uit den pols, waarin zij eene menigte verscheidenheden opmerken.