Het eerste is uiterst geschikt, om aan jongelingen, bij het verlaten der scholen, met invulling van den naam, te worden ter hand gesteld, waartoe de geringe uitgebreidheid en alzoo de lage prijs mede toebrengt. Christelijke wijsheid is in elken regel te lezen.
Het tweede wordt door den Vertaler met regt een ‘gulden boeksken’ genoemd; menschenkennis en godsvrucht van den inhoud, bevalligheid van voordragt, zuiverheid van taal en keurige netheid van uitvoering wedijveren in hetzelve met elkander, en vormen een fraai geheel.
Het derde is meer voor meisjes geschreven. Enkele bijzonderheden, zoo als bl. 58 volg., behooren in ons vaderland niet te huis, en hadden dus bij de vertaling kunnen achterblijven.
Het vierde leest mede aangenaam. Ware deugd en hartelijke ouderliefde erlangen er in uitwendige sortuin eene schitterende belooning. Dat is in het werkelijke leven niet altijd zoo; maar het voorbeeld diene der jeugd tot aanmoediging.
Meer kunnen noch behoeven wij van deze boekjes te zeggen.