Iets van Hufeland.
Hufeland was groot en goed. Hij had (getuigt zijn Lijkredenaar) een hart als een kind en een geest als een man. Men kan (zeide hij bij deszelfs graf) niet meer in éénen mensch begraven!
Op den 12 Augustus des verstreken jaars had hufeland zijnen 74sten verjaardag bereikt, en meende dien in den kring van familie en vrienden te vieren. Tot dat einde had hij ook een aantal spreuken en verzen laten drukken, waarin hij de hoofdstellingen zijner Makrobiotiek op eene gemeenzame wijze had vervat, en welke hij, als een laatst aandenken, onder de aanwezigen wilde verdeelen. Dit geschiedde, helaas! op zijn krankbedde, en derzelver milde, vrome en ootmoedige strekking roerde algemeen. Ziehier eenige zijner levensregelen, even eenvoudig maar vloeijender in het oorspronkelijke:
Wilt gij lang leven en in vreugd,
Zoo leer u harden in uw jeugd;
Geniet vrij alles, doch met maat,
En mijd alleen hetgeen u schaadt.
Met melk vingt gij hier aan, te zijn;
Besluit uw leven vrij met wijn;
Doch vangt gij met het einde 't aan,
't Zal aan uw einde u kwalijk gaan.