Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1837

Parijs en de Parijzenaars in 1835, door Mistress Fr. Trollope. Uit het Engelsch vertaald. II Deelen. (Met het Portret der Schrijfster.) Te Haarlem, bij de Wed. A. Loosjes, Pz. 1836. In gr. 8vo. XXII en 736 bl. f 7-20.

Mevrouw trollope is door hare schriften (de Zeden en Gewoonten der Noord-Amerikanen, en Reis door België en het Westen van Duitschland) reeds bij onze landgenooten gunstig bekend: ook het hier aangekondigde werk zal, vertrouwen wij, met genoegen gelezen worden; en wie weten wil, hoe de Schrijfster er uitziet, kan hare beeldtenis vóór hetzelve aanschouwen. Het heet in de form van brieven geschreven te zijn; doch dit is wel de minst belangrijke zijde van dit werk: van die form toch merkt men doorgaans zeer weinig, en, met weglating van enkele plaatsen, zou men het zeer gemakkelijk tot hoofdstukken kunnen vervormen. In de onderwerpen dezer brieven is ook geene geregelde orde

[p. 612]

en zamenhang, noch onderling, noch in elken brief op zichzelven; en het zou dus onmogelijk zijn, eene aaneengeschakelde inhoudsopgave van dit werk te doen, of men moest de artikels, die boven elken brief gemeld staan, afschrijven. - Maar, zeggen welligt onze Lezers, de Heer Referent vertelt ons wel, wat dit boek niet is; maar hij verhale ons toch ook eens, wat het wel is! - Hij zal het u trachten te beduiden, geëerde Lezers! Het onderwerp is Parijs en de Parijzenaars, d.i. een onderwerp, waarover reeds veel gezegd en geschreven is, en dus niet alles nieuw kan zijn, maar waarover evenwel nog altijd veel te zeggen en te schrijven overblijft: het zijn bezigtigingen van hetgene, dat er in die stad en bij die menschen al zoo te zien is, nu eens wat naauwkeuriger, dan eens wat vlugtiger en oppervlakkiger; bezoeken van gezelschappen, en ontmoetingen van personen van allerlei politieke en maatschappelijke kleur; waarnemingen en beschouwingen, opmerkingen en redeneringen over hetgene, dat de Schrijfster, gedurende een verblijf van negen weken te Parijs, gezien en gehoord heeft; tusschenbeiden anecdoten van vroeger of later tijd, meer of min belangrijk; gesprekken en verhalen, misschien ook wel eens (maar Ref. zal wel zoo voorzigtig zijn, om dit vermoeden, dat somtijds bij hem opkwam, niet voor waar en zeker op te geven) het resultaat van hier en daar gedane waarnemingen en gemaakte opmerkingen, in de form van een gesprek of verhaal ingekleed; en dit alles, naar het schijnt, zonder vaste orde, zoo als de lust of de zich aanbiedende gelegenheid zulks opgaf. Alles wordt besloten met een naschrift over den politieken toestand en de tegenwoordige Regering van Frankrijk, waarvan Mevrouw trollope zich veel goeds belooft. - Het een en ander is doorgaans onderhoudend geschreven, en, wat meer zegt, het bevat vele gegronde en gepaste aanmerkingen; en al kan men het met de Schrijfster in hare wijze van beschouwen en redeneren niet altijd eens zijn, (gelijk dit ook bij Ref. het geval was) men zal toch vele woorden van gezond verstand, goeden smaak en goede gevoelens vinden, die der overweging niet onwaardig zijn. - Meer van dit werk te zeggen, of eenig uittreksel daaruit te geven, acht Ref. niet noodig: het zal zijne Lezers wel reeds gevonden hebben, of nog vinden; en zij zullen het waarschijnlijk niet onder de minste werken van Mistress trollope rangschikken.