De kracht der Christelijke Godsdienst, in Karakterschetsen uit de Nederlandsche Geschiedenis. II Deelen. Te Amsterdam, bij G.J.A. Beijerinck. In gr. 8vo. 590 bl. f 7-20.
Dit werk bevat in 29 afdeelingen even zoo vele levenstafereelen uit de vaderlandsche geschiedenis, ten bewijze, dat het vaste geloof aan, en de hartelijke zucht voor de betrachting van het reine Christendom den mensch in staat stelt tot de vervulling der moeijelijkste pligten van lijdzaamheid, menschlievendheid, weldadigheid, moedig strijden voor waarheid en regt, vaderlandsliefde en derg. De Schrijfster, die zich a.g.l. teekent, heeft dit, volgens hare betuiging, met lust - zij heeft het ook met oordeel en con amore gedaan. Wordt haar wensch vervuld, dan zullen hare lezers ‘zich, na de lezing van dit werk, in godsdienstige, en dus ook in zedelijke kracht alzoo versterkt gevoelen, dat zij het zichzelven blijmoedig mogen toeroepen: ook ik zoude, door God ondersteund, in dergelijke gelegenheden, als deze, hebben geleefd, gehandeld, geleden en gestreden.’
Wij prijzen dan ook deze vaderlandsche tafereelen, in welke eene dorre levensbeschrijving doorgaans gelukkig vermeden wordt, van harte aan, en vergenoegen ons met eene eenvoudige aankondiging, te meer, daar het eerste Deel in eenen Brief van, nu wijlen, den schranderen stolker (Letteroef. 1835. Boekbesch. bl. 138) zeer juist is beoordeeld, inzonderheid met aanwijzing van eenen geschiedkundigen misslag der Schrijfster ten aanzien van magdalena moons, Deel I, bl. 105, waaromtrent wij volkomen met den Eerw. Briefschrijver instemmen.
De uitvoering is fraai; maar, kan het er nu nooit meer op overschieten, voor elk Deel een afzonderlijk vignet te plaatsen? Waarlijk, alles, wat daarover zoo vaak in Re-