De Dweeper. Een Levens- en Karaktertafereel uit vorige tijden. Door C. Spindler. Naar het Hoogduitsch. Te Haarlem, bij de Wed. A. Loosjes, Pz. In gr. 8vo. 259 Bl. f 2-50.
Leodegar geeft zich uit voor eenen profeet en den bezitter van het vermogen, om door zijne gebeden wonderdadige genezingen uit te werken. De biechtvader der bijgeloovige Vorstin schrijft aan de kracht der gebeden van dezen dweeper zijne herstelling toe van eene gevaarlijke ziekte. Zoo komt Leodegar aan het vorstelijke hof, en geniet aanvankelijk een onbepaald vertrouwen en achting. Hij laat zich wikkelen in eenen aanslag, om den regerenden Vorst, die zich gehaat gemaakt had bij de Geestelijkheid, van kroon en leven te berooven, meenende daarmede den Hemel eene dienst te doen. Van langzamerhand evenwel begint hij berouw te gevoelen over zijn voornemen, en brengt er het zijne aan toe, om het gevaar van den Vorst af te wenden en den boozen aanslag te ontdekken en te verijdelen; hetgeen hem dan ook, ofschoon ten koste van zijn leven, gelukt. De naam: een tafereel uit vorige tijden, deed ons verwachten, dat wij hier weder een verhaal zouden ontvangen ln den trant, waarin spindler uitmunt. Maar wij werden teleurgesteld, en vonden niets, hetwelk den vorigen tijd van den tegenwoordigen onderscheidt. De kleeding der hier voorkomende personen, hunne leefwijze, sieraden en meubelen zijn naar den den tegenwoordigen smaak. Zonderling steekt daarbij af het geloof aan watergeesten, die op den bodem der meren wo-
Auteursrechtvrij