Bedenkingen over de Ontboezeming van R. Engels, Predikant te Nieuwolda, door een onderzoekend Gereformeerd Protestant. Te Groningen, bij M. Smit. 1834. In gr. 8vo. 73 Bl. f : - 50.
De Schrijver wil dit stukje niet als een Tegen- of Twistschrift beschouwd hebben. Hij wenschte slechts bedenkingen mede te deelen, die mogelijk tot nadenken aanleiding kunnen geven en het oordeel over vele thans ter sprake zijnde bijzonderheden uitbreiden. Hij verschilt namelijk in eenige punten niet weinig van Do. engels. Hij zegt, bl. 27: ‘Neen, de oorzaak van het separatisme, als eerste oorzaak, moet alleen worden gezocht in de nog bestaande Dordsche Geloofsregels.’ En bl. 33: ‘De Heer engels houdt de leer der Dordsche Synode voor eene stevige leer. Ik vind er slechts veel goeds in. Een derde zal er weinig goeds in vinden. Een ander daarentegen wil hare (derzelver) onfeilbaarheid. Hoe zullen al die partijen vereenigd worden? Geen engels zal met zijn gematigd stelsel hier iets vermogen; maar het kwaad moet in den wortel worden aangetast, de Formulieren moeten geheel ter zijde worden gesteld, en elk Leeraar predike dus naar zijn licht.’ De Schrijver, die geen Predikant schijnt te zijn, wil dus vrijheid voor allen en slaat scheiding voor; maar wat dan? ....