Terwijl hij deze letteren hoofdzakelijk aan zijne vrienden rigt, voegt hij er tevens bij, dat het geene bespiegelingen over den aard der ziekte zullen zijn, geene bijdragen tot, noch onderzoek over de al of niet besmettelijkheid derzelve; alleen een beknopt verhaal van hetgeen hij in deze ziekte gezien en gedaan heeft, en wel bepaaldelijk van die zieken, welke, in de aan zijne zorg toevertrouwde wijk, aan hunne huizen behandeld zijn. Hij zal hier dus de waargenomene graden of vormen dezer ziekte zoo kort mogelijk beschrijven, derzelver behandeling opgeven, eenige ziektegeschiedenissen er bijvoegen, en hierop eenige meer algemeene opmerkingen betreffende deze ziekte laten volgen.
Zulk eene wijze van behandeling achten wij de ware te zijn, en wilde de Heer waardenburg, als jong Arts, aan geene andere zich wagen, hij deed wél, en menig ouder Arts mogt er een voorbeeld aan nemen; met twisten en haarkloven vordert de wetenschap niet.
De Schrijver schijnt de volgende vormen te hebben aangenomen, of dezelve op de Cholera te hebben toegepast: Goedaardige buikloop (de zoogenaamde Fransche Cholerine); goedaardige Cholera; kwaadaardiger Cholera (erethica); kwaadaardige buikloop; kwaadaardigste Cholera (pessima, paralytica, asphyctica.) Deze verdeeling heeft hare gebreken, zoo wel als vele andere. Daar zij echter door den Schrijver op zijne bevindingen schijnt gegrond te zijn, zoo blijve zij voor zijne rekening, tot dat wij eens de Cholera onder stellige en afdoende vormen zullen gebragt zien.
Overeenkomstig zijne verdeeling, loopt de Schrijver derzelver erkenning, voorzegging, verloop en behandeling door. Dit gedeelte is voor geen uittreksel vatbaar; het behoort door elken Geneeskundige in zijn geheel en verband gelezen te worden; ieder merke voor zich aan, wat zijne aandacht treft, doe er winst mede, of trachte den Schrijver te wederleggen, als hij dit noodig oordeelt.