hier ontvangen en gehoord is; waarna wij elkander zullen opwekken, om aan de beginselen getrouw te blijven, welke onze gemeente met alle van dezelfde belijdenis deelt, om het zuivere Evangelie te bewaren.’ - Het eerste deel is geheel geschiedkundig; het tweede bevat de volgende opwekkingen: Bewaart het beginsel van een redelijk geloof in de zaak van den Godsdienst. - Bewaart het beginsel van ijver voor reine deugd, dat ons mede door onze belijdenis wordt aanbevolen. - Bewaart het beginsel der algemeene liefde. De geheele redevoering wordt met deze schoone woorden besloten: ‘Ik heb mijne taak volbragt; maar kan mijne toespraak tot u niet eindigen, zonder u onze grootere voorregten te hebben herinnerd, dan de vaderen vóór tweehonderd-en-vijftig jaren hadden. Wel zal zich de blijdschap over de vervulling van den, zoo vele jaren stil gekoesterden, wensch van huis tot huis en van straat tot straat hebben medegedeeld: maar ook opgewekte driften mengden zich onder die blijdschap; de gemoederen waren tegen elkander verbitterd, en er waren zware worstelingen en geduchte rampen aanstaande. Rustiger tijden, dan wij beleven, heeft onze gemeente zeker nooit gehad: daarvoor zij Gode in den Hemel de vurige dank onzer harten toegebragt! Hij beware ons bij die kostelijke voorregten, in welke wij ons met alle onze land- en geloofsgenooten verblijden, en doe ze ons onbezoedeld aan onze kinderen en nakomelingen overleveren, als de beste erfenis, die wij hun kunnen nalaten. Het eene geslacht gaat en het andere komt; en wanneer nog vijftig en honderd jaren over deze goede stad zijn weggevloden, en wij in den tempel der natuur onder de groote gemeente der dooden rusten; wanneer dan een ander geslacht onze huizen bewoont, deze plaatsen
bezet en zich godsdienstig vereenigt: dan moge dat geslacht onze nagedachtenis zegenen, gelijk wij de vaderen zegenen, en, even mild als wij bevoorregt, God danken, gelijk wij onzen lof doen opstijgen naar omhoog! Maar dan moge ook die tijd naderbij zijn gekomen, dat alle Genootschappen der Christenheid één zijn in redelijk