den Hoogduitschen Componist beck, gunstige onderscheiding. Wij voor ons hadden wel gewenscht, dat de verzamelaar met twee-, in stede van met driestemmig gezang ware begonnen. Door bij opklimming de leerwijze in te rigten, volgt men den gang der Natuur. De muzijkstukjes onderscheiden zich echter door eenvoudigheid. De gedichtjes zijn hier meer als voertuig aan te merken, en, den dwang der muzijk in aanmerking genomen, voor het oogmerk voldoende; ze zijn van den Heer robidé van der aa. De Muzijkschool te Leeuwarden drukte reeds haar zegel op een en ander door deszelfs gebruik.
No. 2. Een roerend Tooneelspel, gegrond op een roerend Geschiedverhaal. Wie kent de Gumal en Lina van lossius niet? Krachtig en teeder, naar eisch van personen en omstandigheden, is de stijl van dit welgeschreven stuk. Voor de vertooning zal het echter veelligt, ginds en elders, eenige bekorting vereischen, waarvoor het ook misschien wel vatbaar is. Dit, alsmede eene te groote mate van onderstelde beschaving, bij onveranderde woestheid, in de Heidensche Opperhoofden, is de hoofdzakelijke aanmerking, welke ons bij de lezing is voorgekomen. Wij volbragten, ja herhaalden dezelve voorts met onverdeeld genoegen, en zagen het stuk, met eenige wijzigingen, oneindig liever op ons Nationaal Tooneel, dan dat legio van vreemde, vooral Fransche poespas, in den vorm van Vaudevilles enz., die, op het Theâtre Français verdragelijk, onzen vaderlandschen Schouwburg meer en meer van deszelfs edelen oorsprong jammerlijk doen verbasteren. - Eene zoo bekwame Vrouw, als Mevr. van meerten, behoorde niet te schrijven (bl. 25): ‘hoe gij en uwen vriend Widdam door roovers weggevoerd waart.’
No. 3. blijft zichzelf gelijk in bewerking en uitvoering, en dit is eene voldoende losspraak. Ook onze Lezers kennen het bevallige werkje reeds uit vroegere vermelding. Fragmentswijze ontvangt de leergrage jeugd hier honderden proefjes uit vreemde landen, die, terwijl ze hare kennis vermeerderen, haar smaak mogen inboezemen voor uitgebreidere historie- en volkenkennis. De vele prentjes maken het tot een schitterend geschenkje ter aanmoediging van verder vlijtbetoon.
No. 4. Een allerliefst boekje, dat Recensent bij ondervinding reeds gebleken is, bij een meisje van 7 jaren, volkomen aan het oogmerk te voldoen. Het verspreide vreugd in vele kinderkamers, en laat gewis menigen goeden indruk achter in het kinderhart.