Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1828
(1828)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 564]
| |
lange armen moet hebben, om te Parijs, waar ik resideer, de bediening van Hofkapper van Beijeren te kunnen waarnemen. Deze eer, Mijne Heeren, ben ik verschuldigd aanmijn verblijf, onderscheidene malen, te Baden en te Munchen. Ik ben Kapper van het Hof van Beijeren, gelijk de Hertog van wellington Maarschalk van Frankrijk, gelijk de Heer de frayssinous Bisschop van Hermopolis is: wij resideren daar niet. - Daar het voor mij van belang is, dat het Publiek wete, dat ik mij geen' Titel aanmatige, op welken ik geen regt hebbe, zult Ge mij zeer verpligten, deze mijne zedige aanspraak wel te willen opnemen. Ontvangt, Mijne Heeren, de verzekering van mijne achting.
villaret, Kapper van H.H.M.M. den Koning en de Koningin van Beijeren. Palais-Royal, No. 88. 25 Julij 1828. |
|