Belooningen en Straffen, als Middelen der Opvoeding in de Huisgezinnen en Scholen. Een Boek voor Ouders, Opvoeders en Onderwijzers. Te Amsterdam, bij Schalekamp en van de Grampel. In gr. 8vo. 161 Bl. f 1-20.
Dat de kundige p.j. prinsen uitgever van dit werkje is, dat hij verklaart hetzelve tot groot nut voor zichzelven en met het grootste genoegen te hebben doorlezen, en overtuigd te zijn, dat deze arbeid voor iederen onderwijzer van veel waarde is, - deze getuigenis van eenen in het vak zoo bekwamen en geachten man is eene zoo sterke aanbeveling, dat wij er geen woord behoeven bij te voegen. Wij vinden hier onderscheidene opstellen: een vriend van den Heer prinsen verzamelde, wat hij vond, en nam het bruikbare en algemeen goede over. Het eerste stuk behandelt het gepaste en ongepaste in belooningen en straffen. Hier wordt het doel van geheel de opvoeding, en dus ook van het onderhavig onderwerp, aangewezen. Voorts worden de belooningen en straffen in drie klassen verdeeld; natuurlijke of noodwendige, positive of willekeurige, en gemengde, - waarvan alleen de laatstgemelde, bij voorkeur boven de tweede, bruikbaar zijn. Vervolgens onderzoeking, hoe en onder welke voorwaarden het beschreven doel der belooningen en straffen kan bereikt worden. Hier komen zes algemeene regelen voor. Eindelijk wordt al het voorgaande op het hier en daar te dezen nog in gebruik zijnde toegepast. Een tweede stuk heeft ten opschrift: over de belooningen en straffen in de opvoeding. Het handelt mede over de bestemming van den mensch en het doel der opvoeding, spreekt van zedelijke en zinnelijke belooningen en straffen, en van gemengde, en handhaaft het te dezen gestelde tegen eenige bedenkingen. Nu volgt een stukje over de schooltucht. Hetzelve onderzoekt, waartoe men de kinderen in de scholen moet aanvuren en gewennen, en geeft daartoe behartigenswaardige regelen. Daarop
wordt aangewezen, hoe de onderwijzer zijne leerlingen daartoe aanvuurt, en wat hij in het algemeen moet doen, om hun waarlijk nuttig te zijn. Alles wordt besloten met een Nog iets van gemengden inhoud over de schooltucht, waarin almede veel goeds wordt gezegd. - Wij wenschen zeer, dat dit boekje voor de onderwijzers en de lieve jeugd nuttig zal zijn, waaraan wij ook in menig opzigt niet twijfelen. Wij gevoelen waarlijk het moeijelijke van dit bijzonder en teeder punt in de opvoeding;