voor, bevat alle de over het onderwerp bekende werken, en is alzoo voor den letteroefenaar in dit vak belangrijk; en, daar zij tevens bevat het bekende, hetwelk aan de boekverzameling van het Instituut nog ontbreekt, dient zij tevens ter uitnoodiging tot aanwijzing, hoe deze laatstgenoemde werken en andere, daar misschien nog niet bekend, het best te bekomen. Door de voorafgaande beschrijving van het Groninger Instituut, en het onderwijs en de opvoeding der Doofstommen bij hetzelve, kan nu ieder zijnen weetlust bevredigen, zich voorbereiden om met meer nut de belangrijke inrigting te bezoeken, en kan men nu aan de vele en herhaalde aanvragen van vreemdelingen en landgenooten voldoen, en worden ook vele zonderlinge en dikwijls belagchelijke vragen voorgekomen, die natuurlijk de onderwijzers lastig moesten zijn. Ook andere schoolonderwijzers, die niet zelden met nut de lessen aan het Instituut kwamen bijwonen, kan deze beschrijving niet dan welkom en leerzaam zijn.
Wij zijn derhalve den Heeren uitgeveren dank verschuldigd; en hoezeer wij moeten erkennen, dat men, zonder ooggetuige geweest te zijn van het onderwijs en de regeling dezer oefenschool, zich moeijelijk een juist denkbeeld daarvan maken kan, zoo kan het toch niet anders, of men wordt nu te sterker tot het komen en zien uitgelokt; en zal dit werkje, hieraan twijfelen wij niet, voor dit waardig sieraad van ons vaderland een aantal nieuwe leden en begunstigers aanwinnen, hetwelk wij hartelijk wenschen.