afzonderlijk uitgegeven, en zoo straks vermeld. Het verdere omtrent den toestand en de geschiedenis der Akademie is, meenen wij, het gewone, Schoon niets van van swinderen en over muntinghe onbelangrijk kan zijn, deed dit Hollandsche opstel, bijna in den vorm eener leerrede, als voorlezing in eene Collegiekamer, op ons toch geene gunstige werking. Zoo niet het deftige Latijn zelf, dan ten minste deszelfs deftigheid, en iets, dat wij zoo niet noemen kunnen, moet dergelijk een stuk, naar ons gevoel, onderscheiden en als boven het alledaagsche verheffen. Dan, elk zijn smaak. Het was voor den druk niet bestemd, en verschijnt nu ook nog maar in een Almanak.