ergens verbroken wordt. Ook de titel is bij deze omwerking veranderd; en zekerlijk was die van ‘Abenteurerin aus den Pyrene n, oder Manneskraft und Frauenwürd,’ nu minder gepast, alhoewel die van ‘Vriendschap en Argwaan’ ons mede niet volkomen behaagt. Het is wel waar, dat vriendschap hier de grootste rol speelt; maar argwaan zouden wij het hier niet noemen, wat den vriend den vriend verdenken doet. Julien was aan eene adellijke familie volstrekt alles verschuldigd. Bij den tuimelgeest der Fransche Omwenteling speelt hij de rol van hevig Democraat, en wordt van die zelfde familie de grootste vervolger. Onmogelijk kon nu Victor hem anders beschouwen, dan als den moordenaar van zijne ouders en geliefde. Het is waar, Julien was hun redder, en juist om dit te kunnen zijn, speelde hij zijne afzigtelijke rol; maar dit, en niet alleen dat hij het gedaan had, maar zelfs dat de familie gered was, bleef voor Victor verborgen, wiens argwaan, als men het zoo noemen wil, op bewezene daadzaken was gegrond. Intusschen verloor Julien zijnen vriend nimmer uit het oog; en, daar hij deszelfs ouders en beminde, en zelfs hunne bezittingen, in veiligheid had, redde hij den vriend meer dan eens uit oogenblikkelijk gevaar, tot hij hem eindelijk alles teruggaf, en alzoo volkomen van zijne onschuld overtuigen kon. Dit is de hoofdzaak in het verhaal, hetwelk aandoenlijk genoeg is uitgewerkt, en de grootste belangstelling inboezemt; terwijl het door treffende ontmoetingen van zeer waardige karakters wordt afgewisseld, en daarenboven akeligheden genoeg bevat, om den lezer gedurig, ja aangenaam pijnlijk te ontrusten. Ook hadden wij een paar minnarijen in het verhaal den Schrijver gaarne geschonken; gelijk dan ook het grapje, dat Victor's geliefde aan het slot nog met hem speelde, ons weinig beviel. - Dan, dit zij zoo het wil, de roman is
onderhoudend, heeft vele zeer schoone partijen, en allezins een zedelijk doel. Dezelve verdient alzoo wel den daaraan besteden arbeid door onzen landgenoot, en alsnu nog zijne plaats onder de goede verzierde verhalen; en indien alle de vervolgden en vermoorden, ten tijde der Fransche Omwenteling, menschen waren van zulk eenen uitmuntenden stempel, als wij hier aantreffen, dan moet het land, en de Adel in dat land, wel bijzonder in edelmoedigheid en deugd hebben uitgemunt, en wij vreezen dan bijna, dat het tegenwoordig geslacht dit gemis niet vergoeden zal! Inmiddels ‘res est sacra miser,’ en wij kunnen niet