De Liefde. Voor Vrienden van het edele en goede, ter bevordering van duurzaam Huwelijksgeluk. Door Frederik Ehrenberg. II Deelen. Uit het Hoogduitsch. Te Amsterdam, bij J. van der Hey. In gr. 8vo. Te zamen 612 Bl. f 6-10-:
Wie zou niet wenschen, dat het zoo begeerlijk doel, op den titel aangegeven, door dit werk overvloedig bevorderd worde? De Eerw. b. verwey, die hetzelve vertaald heeft, bidt, aan het slot van het voorberigt, en op dat gebed zeggen wij hartelijk amen! ‘God, die zelf de Liefde is, uit wien alle liefde, ook die, welke er tusschen twee geslachten bestaat, voortkomt, wien wij het meest in de liefde kennen, wien wij het best door liefde gelijkvormig worden, zal zijnen zegen willen leggen op dezen arbeid. Zoo Hij dit goedgunstig doet, zal de edele Liefde, welke harten voor de eeuwigheid verbindt, meer en meer op aarde gekend en beoefend, het huwelijksgeluk en de huisselijke zegen uitgebreid of verhoogd worden. Met dien zegen zal ook gepaard gaan, dat van deze liefde gelde, hetgeen de Apostel des Heeren van de Christelijke liefde verzekert, dat zij de meeste is en van alles, wat afwisselt of ophoudt, blijft tot, en gezuiverd overgaat in het eeuwige leven!’ Het werk zelf is zekerlijk in zijne soort nog éénig; want, wat er ook over de liefde, de liefde, die op een huwelijk uitloopt, en de liefde in het huwelijk vooral dan ook, geschreven en gelezen worde, zoo wijsgeerig vonden wij dit onderwerp nergens ontleed of behandeld; maar daarom gelooven wij ook niet, dat het aan de verwachting van de meesten, die over de liefde willen lezen, en die het op den titel en het fraaije vignet af hebben aangekocht, allezins zal voldoen; en wij zelve moeten ook verklaren, dat wij zóó hoog niet loopen met den inhoud en geheel het beloop, als de Eerw. voorredenaar, die ook (hij
vergeve ons deze aanmerking!) zoodanige moeite en zorge aan de vertaling