Iets voor jonge Kinderen, of het eerste Onderrigt verbonden met het Lezen leeren. II Stukjes. Te Groningen, bij J. Römelingh. 1817. In kl. 8vo. Te zamen 66 Bl. f :-4-:
Gedeeltelijk eene navolging van den Fibel van funke, zegt het voorberigt. Waren alle ouders overtuigd, het denkvermogen moet eerst geoefend zijn, eer men het kind lezen en schrijven leert, zoo ware dit boekje teruggehouden: dan, dit is het geval niet; en alzoo is dan hetzelve ingerigt, om lezen en schrijven vroeger, als voertuig en hulpmiddel bij het onderwijs, te doen bezigen: naar aanleiding van hetzelve, wordt ieder der zielsvermogens trapswijze en gelijkmatig ontwikkeld. Het geheel zal, dunkt ons, de goedkeuring van iederen onderwijzer wegdragen. De onderscheidene letter maakt het boekje nog nuttiger. Het is één geheel, in tweeën gesplitst, tot gemak; en zoo heeft het kind dan tweemaal een nieuw schoolboek, zondere meerdere kosten. Iets ter proeve geven wij niet. De onderwijzer zie het slechts even in; en ook de minstgeöefende vindt al de hem noodige aanwijzing, in het Bijvoegsel, behoorende bij het Boekje: Iets voor jonge Kinderen, of het eerste Onderrigt verbonden met het Lezen leeren, voor éénen enkelen stuiver te bekomen bij den Drukker van het Iets.