Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1818
(1818)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 367]
| |
ge dichterlijke vlugt of bijzondere vinding, maar zoo veel te meer op welmeenende hartelijkheid. Wij vereenigen ons gaarne met den wensch aan het slot: De vreugde kenne nu geen palen!
Vergeten we onzen God toch niet!
Van Hem moet alle zegen dalen:
Hij is 't, die 't gansch heelal gebiedt.
Zag men het oud kanaal verzanden,
Daarin den LeviathanGa naar voetnoot(*) stranden
En sloopen: 't zij dan ons gebed:
Dat Hij, wiens wenk bestuurt de stroomen,
Den welvaartsvloed doe binnenkomen,
Maar weelde en ondeugd palen zett'!
|
|