Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1817
(1817)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 443]
| |
dene matrozen werden verdacht en geprangd om het misdrijf te bekennen. De Keizerin, de zaak vernomen hebbende, antwoordde: ‘Ik heb in mijne jeugd geleerd, dat de vermenging van sommige koude zelfstandigheden van zelve vuur voortbrengt; welligt ontstond de brand door zoo een ongelukkig toeval, en het zou treurig zijn, onschuldigen daarvoor te straffen.’ Zij stelde eene Commissie aan, om het fregat te onderzoeken, en de mogelijke aanleiding tot den brand na te vorschen. De Commissie ontdekte, dat dezelve ontstaan was door een vat olie, dat in den hoek des haards op een' hoop roet was geworpen. Dit vermoedde men ten minste, en berigtte het der Keizerinne, welke terstond het ontslag der beschuldigden gebood. |
|