zal, ligt nog in het donker; één der broeders is reeds door haar afgewezen, hoewel hij allezins, naar verdiensten, in het bezit is van hare achting en vriendschap; het is niet twijfelachtig, dat zij den anderen opregt en vurig bemint; en hare verdenking jegens hem, - zoo natuurlijk, daar zij in het eerst niet gissen kon, dat zijn broeder hem in zijn vertrouwen nam, en hij pligtshalve ijveren moest in diens belang, en zij geheel onbewust was van zijnen moeijelijken zielestrijd, - is gelukkig weggenomen, daar, in een gevoelig oogenblik, geheel het geheim hem, zijnes ondanks, ontsnapt was. Hierdoor echter zijn de gelieven geenen stap nog verder; en, hoewel de omstandigheden van de Familie Howard thans zoo zeer ten goede veranderd zijn, dat de anders dreigende moeijelijkheid, van wege den afstand door middelen en rang, geheelenal vervallen is, zoo zien wij voor de gelieven geene uitkomst, dan dat de afgewezen minnaar de verstandige partij kieze van zich bij een ander lief meisje te vervoegen, op welks wederliefde hij kan rekenen. Wij hopen zoodanig eene eindelijke ontknooping in een derde, of al ware het, daar de lezing ons tot nog toe niet verveelt, in een nog later deel; en wenschen intusschen zeer, dat de lieve minnares, en de begunstigde minnaar, inmiddels maar niet wegkwijnen en er onder bezwijken zal.