Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1817
(1817)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 104]
| |
over eene voorlang reeds uitgemaakte zaak nimmer op? want, inderdaad, het lezen en beoordeelen van deze twistschriften wordt eene zeer onaangename en lastige taak. Evenwel, wij danken het bestuur der goede Voorzienigheid, dat nu, en wij hopen nog in tijds, het belangrijk verschil tusschen Roomsch en Protestantsch zoo helder wordt in het licht gesteld, en de wapenen, zeer geschikte wapenen voor ieder verstand, van alle kanten worden aangeboden, en reeds duizenden in handen gegeven zijn. Wij hooren wel, dat het menschkundig onmogelijk is, dat ooit gewetensdwang wederom in het beschaafd Europa den kop opstak; maar onze leeftijd heeft ons zoo veel doen zien, dat wij in het beschaafd Europa voor onmogelijk hielden; en die onmogelijkheid wordt wel eens het sterkst gedrukt door voor allen, immers stelligen, Godsdienst onverschilligen, die welligt, zoo overigens bijzonder of ook maatschappelijk belang er rekening bij vinden kon, met dezelfde ongevoeligheid ter mis zouden gaan, als zij nu het gedachtenismaal onzes Heeren of mede vieren of verzuimen, en wien een leven naar zin en lust bij absolutie enz. enz. misschien gemakkelijker zou voortgaan, dan bij den toenemenden bloei van redelijken Godsdienst en ware verlichting. Voor het talrijker worden van zulke soort van Christenen sidderen wij; en onwillekeurig komt ons het treurig voorledene daarbij voor den geest. Mogt ten broek's geschrijf duizenden aanzetten tot onderzoek! Duizenden zullen dan winnen in redelijk geloof, en stellige overtuiging, dat de Bijbel, de Bijbel alleen en zuiver, deugd, rust en geluk kan beveiligen. Mogt ieder, hetzij dan rationalist of hyperph sicus, of hoe men hem noemen wil, het gevaar zien, en eerlijk en met volle overtuiging handen ineen slaan, om van den Protestantschen grondregel uit te gaan, en dien te handhaven met een volkomen hart! Het boekje, dat wij thans aanmelden, is door een kundig leek, met oordeel, gemoedelijkheid, en in een' gematigden toon, geschreven; het volgt ten broek | |
[pagina 105]
| |
op den voet, en is het omgekeerde van diens geschrijf. Het vindt ook zeker zijn publiek; en ieder Protestant zal er mede instemmen. Wij gelooven, na de aandachtige lezing, zeer gaarne het voorberigt, dat een zeer kundig Protestantsch Leeraar hetzelve heeft goedgekeurd. Slechts nu en dan vonden wij iets, dat ons een weinig te zwak scheen; gelijk wij b.v. zoo stellig niet zouden beweren, dat Judas, de verrader, mede het nachtmaal hield, althans daaruit niet zoo geheel, als ware dit volkomen bewezen, redeneren. Dan, dit doet niets tot de hoofdzaak; al het bedoelde kan ieder, die oordeel heeft, aanstonds met alles afdoende bewijzen nader bevestigen. - De Schrijver verdient geheel onze goedkeuring en dank. |
|