Mijne Lotgevallen in de maanden Augustus en September 1813. Met eenige Bijdragen wegens de Staatsgevangenis te Amsterdam en de gesteldheid dier Hoofdstad in dat merkwaardig tijdvak: door S. van Bronkhorst, gewezen Redacteur van het Staatkundig Journaal van den Boven-IJssel. Te Zutphen, bij H.C.A. Thieme. 1815. In gr. 8vo. 119 Bl. f 1-2-:
Eene kleine bijdrage tot de geschiedenis van het hatelijk Fransch geweld; zoo als de Schrijver wel zegt, van minder belang wegens 's mans ongeluk zelve, (als waarin hij met zeer velen gelijk stond, en dat, hoe ongehoord ook hier te lande in vroeger tijd, toen slechts eene beuzeling was) dan wel uit hoofde van daarmede in verband staande bijzonderheden omtrent den geest der Natie in dat merkwaardig tijdvak. 's Mans ongeluk was arrest, vervoering naar de Hoofdstad, gevangenis, en daarop ontzetting van zijnen post, (dien hij echter kort daarop terug kreeg:) en zijne misdaad? het plaatsen van eene tijding, die zich kort daarop volkomen bevestigde, in zijn Journaal, zoo als hij die uit een buitenlandsch dagblad (in eene door de Franschen zelven bezette plaats, en alzoo onder hun oog gedrukt) had overgenomen.
Wij durven dit werkje goeden aftrek beloven; het is met smaak geschreven, en boezemt van het begin tot het einde belangstelling in. Daar de Schrijver een nog kort verblijf te Amsterdam, na zijn ontslag, waarnam tot bezigtiging van het een en ander, hem aldaar nog nieuw, wordt de Lezer nu mede op eene aangename wijze daartoe geleid. Eene Bijlage deelt eenen Brief mede van eenen verdienstelijken Hol-