Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1815
(1815)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijDe Geschiedenissen van het Evangelie, die op de jaarlijksche Feesten der Hervormde Christenen behandeld worden. Tot bijzonder en huisselijk gebruik bearbeid, door G. Benthem Reddingius, Doctor der Godgeleerdheid, en Predikant te Assen. Te Groningen, bij W. Zuidema. In gr. 8vo. 253 Bl. f 1-16-:Gelijk wij van 's mans werk over de Lijdensgeschiedenissen oordeelden,Ga naar voetnoot(*) zoo oordeelen wij ook over dit geschrijf. Wij hebben van deze zelfde hand Cate- | |
[pagina 144]
| |
chismusschetsen, de Lijdensgeschiedenis, en nu ook de Feeststoffen. Dus alle recurrerende stoffen. Nu nog maar een bundeltje Nieuwjaarspredikatiën, schetsen voor Biddagsleerredenen, Bedestonden casu quo, en dan zoo jaarlijks een boekdeeltje Keurstoffen, nu eens uit het Oude, dan eens uit het Nieuwe Verbond; dan kunnen jeugdige, en ook oudere Leeraren, iederen Zondag tweemalen, en ook op de Feestdagen, zonder veel moeite of inspanning, uit Doctor reddingius prediken! - Maar hoe kunnen wij ook zoo spreken! Deze stukken zijn immers tot bijzonder en huisselijk gebruik; dit staat duidelijk op den titel; en van dezen man kan men toch wel niet wachten, dat hij op de Christelijke blijde Feesten zóó gepredikt heeft of zal predikan, veel min dat hij dit anderen leeren wil. Wij zouden toch wel iet anders en meer feestelijks van hem willen hooren, als wij bij hem ter kerke gingen met de feestvierende menigte. Als men vier, vijf malen, op een en hetzelfde Feest, over de groote gebeurtenis prediken moet, behoort er zeker vrij wat toe, om dat feestelijke vol te houden; met dat al, als wij op het Feest ter kerke gaan, willen wij het Feest vieren, en wij verwachten, dat de Christenleeraar aan deze onze behoefte voldoet. Maar de Doctor verschoone ons, geheel deze bundel heeft zoo veel, dat het voorkomen heeft, alsof het schetsen van zijne Feestpreken zijn, en wel preken, zoo als wij ze dikwijls hoorden, en jaarlijks al weder hooren, dat wij onder het lezen, en zoo veel mogelijk, bij zoo bekende dingen, aandachtig lezen, het nota bene op den titel waarlijk vergeten hadden. En als wij ons gevoelen moeten zeggen, wel nu, het zijn schetsen van Feestpreken, - neen, maar van preken op de Feestdagen, - waar men zich mede helpen kan; niets nieuws of bijzonders; evenwel niet zonder oordeel, en ontdaan van den noodeloozen omhaal en vertoon van geleerdheid, die men anders nog wel op de predikstoelen jaarlijks ziet. Wij wenschen den Lezer, bij het bijzonder en huisselijk gebruik, zijne stichting. |
|