brek komt ons voor wezenlijk te zijn in eene Handleiding, daar toch de praktizijn, hoe veel ook op het gevoelen van den Schrijver vertrouwende, somtijds genoodzaakt zal zijn, om den grond en het gezag voor de uitspraken, die hij hier aantreft, met moeite elders te zoeken.
Wij verlangen zeer naar het beloofde tweede Stuk, en meenen den Heer van hamelsveld in overweging te mogen geven, of hij niet zoude kunnen besluiten, om er nog een derde Stuk, bij wijze van aanhangsel, bij te voegen, waarin hij de onderwerpen, in het eerste Deel zijner Handleiding of geheel niet of slechts in het voorbijgaan behandeld, bewerkte, en tevens enkele punten, die duister schijnen, ophelderde, en eenige zwarigheden in de manier van procederen, die men slechts in de praktijk en bij de behandeling van zaken ontdekt, trachtte op te lossen en weg te nemen. Bijaldien deze voorslag den Schrijver aannemelijk mogt voorkomen, willen wij hem gaarne onze bijzondere aanmerkingen, welke wij thans terughouden, mededeelen. Eene uitnoodiging van den kant des Schrijvers aan die genen zijner Landgenooten, welke zich, uit hoofde van hunne betrekking, met de behandeling van Regtszaken bezig houden en allen wel onderscheidene moeijelijkheden en belemmeringen in hunne werkzaamheden zullen ondervinden, om hem mede hunne zwarigheden en bedenkingen op te geven, zoude ons zeer gepast voorkomen; - en wanneer dan de Schrijver de, aldus bij hem ingekomen, bedenkingen schifte, en het belangrijkste van dezelve ex professo behandelde, zoude zoodanig een aanhangsel, gevoegd bij het hoofdwerk van den Schrijver, van een onberekenbaar nut voor de Regtspleging kunnen zijn, aan des Schrijvers arbeid eene volledigheid bijzetten, die het gebruik van de zoo omslagtige en kostbare Fransche Commentariën grootendeels noodeloos zoude maken, en de gelijkvormigheid in de behandeling van zaken bevorderen, die voor als nog, niettegenstaande de algemeene wetten en verordeningen, bij de onder-