Een vroeger stuk van den Heer cramer: ‘De Hut in het Bosch,’ is ons zeer wel bekend; maar een ander, onder welker puinhoopen hij dit Geraamte vond: ‘Het Visschers Meisje, of de Ruïne aan den oever van den Rijn,’ getiteld, hebben wij, helaas! niet onder het oog gehad; doch wij zijn overtuigd, dat het mede regt origineel geweest zal zijn, en het strekt daarom des Dichters vrienden weinig tot eer, dat zij, bij den titel van dit nieuwe kunstgewrocht, zich aanstonds voorstelden, dat het een uittreksel van spiess Leeuwenridders wezen zou; het is geheel eigen vinding en in eenen eigenen trant. In een stukje, Johanna en Ubaldus, van de Zelfmoordenaars van dien spiess, heeft de Dichter wel van een geraamte gelezen; maar dat volkssprookje was bovennatuurlijk daargesteld, en de Dichter (die veel van het natuurlijke of benedennatuurlijke houden zal) kon er niets van overnemen; alleen het sublime denkbeeld, om een geraamte ten tooneele te voeren, heeft hij er van ontleend, en de koude overblijfsels van dat geraamte trachtte hij, zoo veel mogelijk, te verlevendigen. Hoe hij dit gedaan hebbe? Ja waarlijk, daarvan nog een enkel woord!
Eene lieve, mooije, jonge Gravin, bertha, verlieft eensklaps op eenen onbekenden dapperen Ridder, wiens costum veel van eene zwart - verlakte koffijkan heeft, en die in het Tournooi van allen den prijs won; ook haar vader verlangde dat huwelijk, en Ridder richard werd zelf gepikt; maar ... maar ... hij had reeds vrouw en kind; - bertha en hij veranderen daarom maar aanstonds en goedschiks de iefde in vriendschap; en deze vriendschap is zoo sterk, dat bertha hem in Riddergewaad en wapenrusting overal naloopt, om hem van levensgevaar te waarschuwen. Dan, dit had haar leelijk kunnen opbreken; want de Ridder slaat aanstonds de hand aan zijn zwaard, en roept: sta! wie zijt gij? geef u over! Evenwel dit liep wel af; maar zij kwam in andere gevaren: natuurlijk moest zij bem nu bijstaan in de gevechten; voorts was zij bijna verzopen - en bijna verbrand. Anderen, en in 't bijzonder zekere montabor had ook gezien dat bertha mooi is, en daarom kwam hij richard bevechten. Deze oorlogstooneelen vallen alle voor in den omtrek van de puinhoopen van het slot, dat weleer bewoond werd door de ouders van richard's echtgenoote, alwaar