Iets over de Bekeering. Door Jan van Eyk, Predikant te Loosduinen. Te Rotterdam, bij Cornel en van Baalen. 1807. In 8vo. 87 Bl.
In weerwil van onderscheidene bedenkingen, die men tegen de uitgave van een boekje over de Bekeering, als waarschijnelijk door niet vele menschen zullende gelezen worden, zou kunnen maken, vond de gemoedelijke Schrijver zich, met de streelende hoop van er eenig nut mede te zullen stichten, opgewekt, om hetzelve in 't licht te geven. Hij stelt vooraan het ernstig verzoek aan de Lezers van dit boekje, om hun oordeel op te schorten, en hetgeen hier voorkomt van het begin tot het einde door te lezen, daarover te denken, en God te bidden, dat Hij hen leere, wat waar en goed zij. - Men kan het als een leesboekje voor den gemeenen man aanmerken, en wel bijzonder geschikt voor dat godsdienstig gedeelte der natie, welk de Belijdenis der Hervormden toegedaan is, en zoodanig iets tot stichting wel wil lezen, of althans, naar het verlangen van den Eerw. van eyk, behoort te lezen. En, als zoodanig, verdient het, onder de zoogenaamde praktikale Schriften, geene geringe plaats. Het is in eene geregelde orde opgesteld, en vrij van die wonderlijke begrippen, welke vele menschen van de bekeering hebben, en die ook nog steeds door sommige Volksleeraars, of uit onkunde, of uit lage oogmerken, gevoed en voortgeplant worden; maar desniettemin, zoo veel mogelijk, geschikt naar den aangenomen denk-en spreektrant onder hun, voor welken de Leeraar heeft willen nuttig zijn.
Wat bekeering zij, weet de Schrijver niet beter uit te drukken, dan met de woorden van Jesaia: Laat af van kwaad doen, leert goed doen. Dit denkbeeld wordt vervolgends, uit verscheidene woorden en spreekwijzen der H. Schrift, en daaromtrent gebruikte gelijkenissen, opgehelderd, 't onderscheid tusschen eene waare en val-