Anekdote van Mozart.
Strenger dan men gemeenlijk denkt was mozart omtrent zijne Stukken, nog meer misschien dan hij in zijn gemoed wenschte dat anderen zouden weezen. In zijne jeugd hadt hij de Schaaking uit het Serail geschreeven. Naderhand deedt hij eene naauwkeurige herziening van dit Werk, maakte 'er eenige veranderingen in, haalde de pen door een groot getal regelen, en zelfs door eenige van zijne meest geliefde stukken. Een zijner Vrienden betoonde, t'eenigen dage, zijn ongenoegen, dat hij eenige plaatzen uit een der Zangstukken van deeze Opera ligtte. ‘Het is goed voor de Piano, maar niet voor het Tooneel,’ voerde hem mozart te gemoet; ‘toen ik dat schreef, was ik 'er te veel op gesteld om mijzelven te hooren, en ik wist niet van uitscheiden.’ Zoude men dit zelfde niet aan eenige van de besten onzer hedendaagsche Componisten kunnen verwijten, die, even als mozart, zich op hunne jeugd niet kunnen beroepen?