Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804

Mengelschriften voor de Jeugd; ter aanspooring van Deugd en Kundigheden. Door F. van Aken. Met Plaaten. 2 Stukjens. Te Amsterdam, by de Erve W. Houtgraaf, 1804. In 12mo. Te zamen 188 bl.

Misten wy in de Deugdryke Voorbeelden en Zedelyke Gesprekken, voor de Jeugd, den kindertoon wel eens; dit is ook het geval by dit Werkje van denzelfden Schryver. Nu, men heeft by de Jeugd meer en min gevorderden, en de meer gevorderden kunnen zo wel als de Ouders en Leermeesters de min gevorderden te recht helpen; wy laten deze

[p. 611]

verontschuldiging gelden. Iets over de Boekdrukkunst. - Gesprek over de Spokery en Geestverschyning. - Hoogmoed komt voor den Val. - Gesprek over de Ligtgeloovigheid der Menschen. - Gesprek over de Vrees. - Iets over het Woord van Eer. - Gesprek over de Zeevaart. - Iets over het uiterlyk voorkomen der Menschen. - Goud en Deugd. - Gesprek over eenige oirzaaken, welke aanleiding, tot eene ongelukkige omstandigheid, voor den Mensch, kunnen geeven. - Iets over de onverzaadlyke Begeerten, tot Grootheid, in veele Menschen. - Nederlandsche Moed en Trouw, der getrouwe Leydenaaren, betoond, ter gelegenheid der Belegeringen hunner Stad, door de Spanjaarden, in 1573 en 1574. - Het Sysje, de Koddenaar en de Nacht-uilen. Ziet daar den inhoud van dit Werkje, waarvan de gecouleurde Plaatjes aan jongere Kinderen vooral behagen zullen; en daar deze korte verhalen mede ene goede zedelyke strekking hebben, durven wy wel aanraden, betzelve by het straks genoemde Werkje te voegen.