Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1800
(1800)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 591]
| |
Biographisch Woordenboek der Nederlanden; bevattende de Leevensbeschryvingen van voornaame Staatsmannen, Krygslieden, Geleerden, in allerleye vakken van Weetenschappen, Digters, Schilders en andere Konstenaaren, enz. enz. Opgemaakt uit Handschriften, enz. enz., door J.A. de Chalmot. IVde Deel. Te Amsterdam, by J. Allart. In gr. 8vo. 352 bl.‘Wy zullen de overige Deelen spoedig ter hand neemen,’ was onze belofte in 't slot der Beoordeelinge van het IIIde Deel deezes WerksGa naar voetnoot(*): wy toonen woord te houden met de plaatzing deezes Artykels. De aanmerking, toen gemaakt, over de bezwaarlykheid der Beoordeelinge van dusdanig een Woordenboek, geldt algemeen, en moeten wy overzulks weder denzelfden voet houden. Het oude en wydstrekkende Geslacht der van borsselens, in 't voorig Deel aangevangen, wordt in het tegenwoordige vervolgd. De twee-en-twintig bladzyden, daaraan besteed, zouden eigenaartiger by het voorgaande Deel gevoegd hebben. Op den grond onzer verwagtinge, die wy zoms voldaan, zoms te leur gesteld vonden, by het doorleezen deezes Werks, ontdekten wy, op de hoogte gekomen van den naam bosch, den naam van pieter van den bosch, in leeven Leeraar der Remonstranten te Leyden, niet; een Man, egter, vermeldenswaardig, zo van wegen zyn Letterarbeid, als uit hoofde van het by uitstek deerlyk lot, hem wedervaaren, door den tuimelgeest der vervolginge in het Staatkundige, ten jaare 1787. Hoe veel meer zou 'er te zeggen gevallen hebben van reynier leendert bouwens! Misschien oordeelde de Vervaardiger deezes Woordenboeks, door eene korte aanduiding genoeg gezegd te hebben van het byzonder geval, 't geen aanleiding gaf tot zyn Werk, getyteld: r.l. bouwens aan zyne Committenten. Wy kunnen toestaan dat dit waarheid is ten opzigte van ons Tydgenooten, die, dit leezende, ons die geheele Commissie, nevens het daaromtrent gebeurde, voor den | |
[pagina 592]
| |
geest herroepen; maar een Werk van deezen aart is voor de Naakomelingschap geschikt, en dit eene plaats, die eigenaartig zich aanboodt, om van die zonderlinge gebeurtenis in den Vaderlande te gewaagen, - met eene eenigzins toelichtende breedvoerigheid te gewaagen. De Naakomelingschap zou de bladzyden, daaraan besteed, wel willen ontvangen, in stede van zeer breede berigtgeevingen van oude en overal aan te treffene gebeurtenissen. De Burger de chalmot duide ons deeze aanmerking ten goede. Zy kan hem vervolgens te stade komen. Anderzins min bekende Vaderlandsche Mannen bekend te maaken, die in eenig vak hebben uitgestooken, behoort tot de taak des Vervaardigers van dit Woordenboek. Zonder het mededeelen van berigten kan hy dezelve niet naar eisch, noch naar wensch volvoeren. Het is ons daarom aangenaam, nu en dan voorbeelden aan te treffen uit zulk eenen oorsprong: wy neemen, als door de kortheid voor ons bestek best voegende, over, 't geen wy vermeld vinden van joannes de bosch, in den Jaare 1713 te Amsterdam gebooren, ‘en schoon niet opzettelyk tot de teken- en schilderkunst opgeleid, liet hy nogthans, van zyne vroegste jeugd af aan, daar voor zo veel zugts en genegenheid blyken, dat die edele kunst vervolgens ene der hoofdbezigheden van zyn arbeidzaam leeven is geworden. Kragtig voedzel ter aankweeking van deeze aangeboorene geneigdheid vondt de bosch, deels in de keurige verzameling van tekeningen en prentkonst van zynen Vader, deels in de gemeenzaame verkeering met de beroemdste Konstenaars van zynen tyd; jan en michiel van huyzum, moucheron, den uitmuntenden jacob de wit en anderen. - Ongemeen behaagden onzen Konstminnaar de tekeningen van jan van huyzum, en hy drong zo diep in den geest diens Schilders door, dat hy enige van van huyzum's voornaamste en uitvoerigste tekeningen zodanig heeft gekopieerd, dat konstkundigen dikmaals moeite hebben, om de kopiën van de origineelen te onderscheiden. Daarenboven zyn de eigen inventien van de bosch, van Arkadise landschappen, insgelyks in den trant van denzelfden jan van huyzum, of wel in dien van moucheron samengesteld. Meer hieldt de bosch zig bezig met tekenen, dan | |
[pagina 593]
| |
met schilderen met olieverf; als zynde dit laatste te omslagtig voor iemand, die niet als een kostwinning, maar slegts tot zyn vermaak en uitspanning, de konst behandelde. De voornaamste proeve van zyne bekwaamheid, in 't schilderen met olieverf, is eene kamer met Arkadise Landschappen beschilderd, in het huis, weleer in eigendom bewoond door zynen geleerden Vriend pieter fontein, in leeven Leeraar der Doopsgezinden te Amsterdam, staande op de Heeregragt. Voor 't overige was joannes de bosch een eerlyk, welmeenend, openhartig en by uitsteekenheid Godvrugtig Man. Hy overleedt ongehuwd den 31 Jan. 1785, in den ouderdom van bykans 72 jaaren, 's Mans nagelaatene Tekeningen worden onder het konstlievend Geslacht bewaard.’ Zommige Geslachten leveren een aantal Mannen op, die een aanmerkelyk gedeelte van elk Deel deezes Woordenboeks vullen; zo loopt dat der brederodes van bl. 232 tot 276. Min algemeen bekenden voert de chalmot in dit Woordenboek in; zodanig is jacob brocard. Kortlyk neemen wy het volgende daarvan over, zonderlingheidshalve. ‘Hy was een Openbaaringschryver en goedhartig Dweeper van de XVI Eeuw, een Venetiaan van geboorte. Hy verliet zyn Vaderland, kwam in Holland, omhelsde daar het Protestanse geloof, wierd een yverig tegenstander van het Pausdom, en gaf verscheide boeken in 't licht, in welke hy beweerde, dat de byzondere gebeurtenissen, in de XVI Eeuw voorgevallen, door de Propheeten waren voorspeld. Na de Godspraken der Schriftuur, in gevolge zyne herssenschimmige denkbeelden, op reeds gebeurde zaaken toegepast te hebben, ging hy een grooten stap verder, en nam de vryheid, om die aan toekomende gebeurtenissen toe te wyden, en voorzeide, uit kragte van deeze en geene Schriftuurtexten, dat dit of dat aan den Prins van oranje, flips den II, Koningin elizabeth, aan den Keizer, enz. zou gebeuren. De Kerken der Vereenigde Nederlanden vreesden niet zonder reden, beschuldigd te zullen worden, dat zy die droomeryen goedkeurden, indien zy hieromtrent een diep stilzwygen in acht namen: om zulks dan voor te komen, veroirdeelde het Synode Nationaal van | |
[pagina 594]
| |
Middelburg in 1581 deeze wyze van de H. Schrift te verklaaren, en gaf last aan lambert daneau, Hoogleeraar in de Theologie te Leyden, en aan martin lydius, Predikant te Amsterdam, om brocard op eene ernstige wyze over zyne droomeryen te onderhouden, en het ongerymde daar van voor te stellen: men verzekert, dat deeze, onbekwaam om de zwaarigheden op te lossen, welke men tegen zyn leerstelzel aanvoerde, de belofte deedt om voortaan van die zogenaamde Prophetien af te zien. - Intusschen hadt deeze Dweeper zekeren Franschen Edelman, die yverig Protestantsch was, jacob segur-pardaillan genaamd, zodanig weeten in te neemen en zyn verstand te beguichelen, dat hy het middel vondt, om hem door een aantal Schriftuurtexten, die hy naar zyne denkbeelden verklaarde, te doen gelooven, dat men welhaast een Vorst van hunne belydenisse zou zien opdaagen, die den Pauslyken Zetel zou omver werpen, en het hoofd der christlyke vereeniging zou zyn. Pardaillan was een yverig Dienaar van hendrik den IV, toen ter tyd Koning van Navarre; hy dagt dat die Koning door den Hemel voorbeschikt was tot zulk een roemwaardig doeleinde, en ten eenemaalen vervuld met die hoop, stelde hy aan denzelven voor, om een gezandschap aan de Protestantsche Vorsten te zenden, en boodt zichzelven tot dien persoon aan. Doordien zyn voorstel niets behelsde dat tegen de middelen streedt, welke men te dier tyd tot begunstiging van zyne party dagt te moeten omhelzen, wierd dat aanvaard, en hy in 1583 als Gezant aan die Vorsten gezonden. Men spotte niet weinig met hem, toen men de waare dryfveer ontdekte, die hem in beweeging hadt gebragt, en hem aangespoord om de onkosten te draagen van het drukken der Boeken van zyn Propheet.’ |
|