De Wanhoop van Jocrisse, Blyspel. Naar het Fransch van Dorvigny, door H. Ogelwight, Junior. Te Amsteldam, by P.J. Uylenbroek, 1798. In 8vo. 68 bl.
Jocrisse, een onnozele bloed, dient, benevens zyne Moeder, Zuster, Schoonbroeder en Neef, by den Heer Duval, een Grossier in Wynen, die slecht over hem voldaan is, omdat hy alles verkeerd of op zyn Uilenspiegels doet. Duval, moetende uitgaan, en vrezende dat Jocrisse van een mand met Bourgognewyn snoepen zal, plaatst, om zulks voor te komen, daarop het opschrift: Vergif! - Jocrisse begaat in zyns Meesters afwezigheid weder eenige gekheden, breekt eenige Schotels, laat zyns Meesters Vink de kooi ontvliegen, verminkt de Kat, laat den Jagthond weglopen, enz. Terwyl zyne Moeder, door haare onachtzaamheid, haars Meesters Dochter, Sophia, door haaren Minnaar Dupont laat schaken; alle welke kort op elkander komende ongelukken Jocrisse wanhopig doen worden; by geval ziet hy het opschrift van den Bourgognewyn, en wanende dat 'er wezenlyk Vergif in de flessen is, neemt hy het kloekmoedig besluit om door dit middel zyn ongelukkig leven te eindigen, de gantsche familie volgt zyn voorbeeld, en verbeelden zich, daar zy beginnen dronken te worden, de doodsangsten reeds te gevoelen; tot dat de Meester, die intusschen te rug komt, zyn Wyn uitgedronken ziende, hen al kyvende uit den droom helpt. De komst van den ouden Dupont dient, na eenig quid pro quo, waarin Duval een stuk Wyn, en Dupont de Dochter van Duval bedoelt, om de zaak verder op te helderen; terwyl Jocrisse, ontnuchterd, vol blydschap zyn' Meester komt berichten, dat de door hem veroorzaakte ongelukken gedeeltelyk hersteld zyn: waarmede dit stukje eindigt.
Wy kunnen niet zeggen, dat hetzelve ons zeer bevallen heeft; want het heeft weinig om het lyf: ten minsten het kwam ons voor, dat het de moeite niet waardig was, dit bagatel nog uit een andere taal over te nemen.