De Gevarelyke Weddingschap. Eene kleine Roman, in twaalf Hoofdstukken. Te Amsteldam, by P.J. Uylenbroek, 1796. In gr. 8vo. 119 bl.
Deze Roman is mede van den vernuftigen kotzebue, en op dezelfde wyze ontstaan als zyne Geschiedenis van mynen Vader. Kotzebue, zegt ons het Voorbericht, had zich dikwyls met zyne Vrienden vermaakt door de opgave van eindrymen, maar was nu op den inval gekomen om deze speling van het vernuft verder uit te breiden, en niet tot enige regels te bepalen. Tot dat einde werden, op zyn verzoek, hem de twaalf woorden opgegeven, waarover hy deze kleine Roman vervaardigd heeft. De woorden zyn: Schoenmaker. Ring. Snuifdoos. Portrait. Orkaan. Brand. Knevel. Rendezvous. Baadkuip. Toren. Gelagch. Rechter. Duidlyk ziet men op vele plaatsen, vooral in de twé Hoofdstukken, getiteld: Knevel, en Gelagch, dat de Schryver moeite gehad hebbe zyne gedachten met de opgegeven woorden in overeenkomst te brengen. Het geheel, nogthans, draagt de blyken van den vindingryken geest, welke kotzebue steeds kenmerkt, en maakt dit Stukje van genoeg belang om in een uur van uitspanning gelezen te worden. - Lagen, voor legden, is ene taalfout, welke wy op bladz. 27 der Vertaling gevonden hebben.