Armoede en Grootheid, Tooneelspel. Naar het Hoogduitsch van August von Kotzebue, door Cornelis Loots. Te Amsterdam, by P.J. Uylenbroek, 1795. In 8vo. 164 bl.
Een schoon Stuk, 't geen zich met aangenaamheid laat leezen, en dat ons niet verwondert de goedkeuring van 't Algemeen, en zelfs van Kenneren, by de vertooning, te hebben weggedraagen: de kortheid der samenspreekingen, die anders, door haare langheid, wel eens verveelen; de gestadige veranderingen en wendingen, die in dit Toneelspel zo veelvuldig zyn, kunnen niet anders dan toejuiching verwerven. Maar 't zyn juist deeze veranderingen en wendingen, die de éénheid van het Stuk wegneemen, en veroorzaaken, dat men, in stede van één Hoofdpersonaadje, verscheidene aantreft; behalven dat 'er hier en daar wel iets, dat vreemd en onwaarschynlyk, dat is niet natuurlyk, is, in voorkomt. Dan, niettegenstaande dit alles, zyn de Characters schoon, en leveren, by elkander genomen, zeer juiste en leevendige schilderingen op, die, in veele gevallen, in nuttige Zedelessen kunnen worden verwisseld.